Lezersrecensie
De vergankelijkheid van de roem
Bertus Aafjes was tot pakweg de jaren zestig een van de beroemdste Nederlandse schrijvers. Godfried Bomans was de onbetwiste nummer één, maar hij werd op de voet gevolgd door Aafjes. In iedere huiskamer waren wel wat boeken van hem te vinden.
Maar roem is vergankelijk en Bertus Aafjes werd geleidelijk aan vergeten. De laatste keer dat hij veel aandacht kreeg, was bij zijn dood in 1993. Daarna viel een grote stilte, die pas dit jaar doorbroken werd door Rob Molin. Met zijn ‘In de schaduw van de hemel; Biografie van Bertus Aafjes’ bracht hij Aafjes opnieuw onder de aandacht. Of dat tot de beoogde herwaardering leidt, moet nog worden afgewacht.
Bertus Aafjes schreef en publiceerde al gedichten tijdens de Tweede Wereldoorlog, maar zijn grote doorbrak kwam direct daarna. In 1946 verscheen zijn mini-Odyssee ‘Een voetreis naar Rome’, toen door velen bejubeld, nu een boek dat velen kennen maar weinigen gelezen hebben.
Door een aanval op de experimentele dichters vervreemde hij zich in 1953 van de jonge generatie. Ook al kwam hij al spoedig tot het inzicht dat hij de nieuwe poëziestroming verkeerd had beoordeeld, rechtzetten lukte niet meer. Met zijn reisverhalen en later, in de jaren zeventig, zijn verhalen over Rechter Ooka bleef hij nog wel lezers trekken, maar het was toch een aflopende zaak.
Rob Molin deed vijf jaar onderzoek naar leven en werk van deze tragische figuur. Met ‘In de schaduw van de hemel’ werpt hij een boeiend nieuw licht op deze ooit zo gevierde dichter en schrijver.
Maar roem is vergankelijk en Bertus Aafjes werd geleidelijk aan vergeten. De laatste keer dat hij veel aandacht kreeg, was bij zijn dood in 1993. Daarna viel een grote stilte, die pas dit jaar doorbroken werd door Rob Molin. Met zijn ‘In de schaduw van de hemel; Biografie van Bertus Aafjes’ bracht hij Aafjes opnieuw onder de aandacht. Of dat tot de beoogde herwaardering leidt, moet nog worden afgewacht.
Bertus Aafjes schreef en publiceerde al gedichten tijdens de Tweede Wereldoorlog, maar zijn grote doorbrak kwam direct daarna. In 1946 verscheen zijn mini-Odyssee ‘Een voetreis naar Rome’, toen door velen bejubeld, nu een boek dat velen kennen maar weinigen gelezen hebben.
Door een aanval op de experimentele dichters vervreemde hij zich in 1953 van de jonge generatie. Ook al kwam hij al spoedig tot het inzicht dat hij de nieuwe poëziestroming verkeerd had beoordeeld, rechtzetten lukte niet meer. Met zijn reisverhalen en later, in de jaren zeventig, zijn verhalen over Rechter Ooka bleef hij nog wel lezers trekken, maar het was toch een aflopende zaak.
Rob Molin deed vijf jaar onderzoek naar leven en werk van deze tragische figuur. Met ‘In de schaduw van de hemel’ werpt hij een boeiend nieuw licht op deze ooit zo gevierde dichter en schrijver.
1
Reageer op deze recensie