Dossier /
World Science Fiction, deel 1
Blijkbaar was dat een denkbeeld dat door veel mensen in de uitgeverswereld gedeeld werd. Lange tijd was dit toch het overheersende beeld. Niet dat er zo af en toe toch iets uitgegeven werd door mensen die niet aan dit beeld voldeden, denk aan C.L. Moore, Samuel R. Delany en James Tiptree, Jr. en af en toe een verdwaalde roman van achter het ijzeren gordijn (Stanislav Lem, de gebroeders Strugatski), maar dit soort werk was toch sterk in de minderheid en viel, een uitzondering daargelaten, ook meestal niet in de prijzen bij de jaarlijkse uitreiking van de diverse sciencefiction-awards.
In 1983 verscheen How to Suppress Women’s Writing, een vernietigende analyse van de Amerikaanse uitgeverswereld van de hand van sciencefictionschrijfster en feministe Joanna Russ. In een buitengewoon sarcastische toon zet zij uiteen hoe het werk van vrouwen onderdrukt werd. Campbell is in 1971 overleden, anders had hij er vast het een en ander over te zeggen gehad. De analyse van Russ is volgens velen nog steeds relevant. Zo verscheen er in juni nog een editie van Lightspeed Magazine getiteld Women Destroy Science Fiction dat bijna 500 pagina’s aan verhalen, essays en ander materiaal bevat die proberen af te rekenen met het hardnekkige idee dat vrouwen geen sciencefiction kunnen schrijven. Om het uit te kunnen geven heeft Lightspeed een buitengewoon succesvolle crowdfunding campagne gehouden, die wel aangeeft dat de roep om meer diversiteit steeds luider wordt.
Op het gebied van niet-Engelstalig werk liggen andere uitdagingen. Vertalen is een kostenpost die Britse en Amerikaanse uitgevers liever niet voor hun rekening nemen. De noodzaak is er ook niet echt, het aanbod aan Engelstalig werk is immers overweldigend. Wie gaat er nu een risico nemen om een boek te vertalen als je niet zeker bent of het zal verkopen? Vertalingen, zeker in sciencefiction en aanverwante genres, zijn schaars. Het ontbreken van vertalingen of publicaties van schrijvers buiten Engelse taalgebied leidt er toe dat hele culturen, zelfs hele werelddelen onderbelicht worden in het genre. Niet elke schrijver is bereid zich te wagen aan karakters met een andere culturele achtergrond en als het wel gebeurt is een foutje zo gemaakt. Toch is het genre ook buiten de Engelstalige wereld populair. Zo wordt er bijvoorbeeld in China veel sciencefiction uitgegeven. Hiervan wordt echter vrijwel nooit iets vertaald. Het enige voorbeeld dat me zo te binnen schiet, afgezien van een paar korte verhalen, is een roman van Chan Koonchung die in 2011 verscheen onder de Engelse titel The Fat Years. Er moet toch meer te koop zijn in de wereld dan dat?
Deel 2 van World Science Fiction volgt op maandag 25 augustus.