Na haar huwelijk in 1941 verhuist Jeanne, 21 jaar oud en oudste dochter uit een groot gezin waarin ziekte en dood nooit ver weg zijn, vanuit het levendige dorpje Honselersdijk naar een woning aan een stil tuinderspaadje. Het gezin groeit en groeit, met dank aan de katholieke kerk. Hoe gaat Jeanne deze eenzame uitdaging aan en hoe houdt haar Johan de tuinderij en het huishouden draaiende, als Jeanne onder de last van het gezin dreigt te bezwijken? En wat betekent dat voor de kinderen en de tuinderij, in een tijd waarin de snel veranderende buitenwereld tot het tuinderspaadje doordringt?