Met de voordeursleutel opent de schrijver voor de lezende bezoeker dit kasteel met zijn kunst, bewoners en personeel. Hij beschrijft de gebruiken, moeilijkheden en anekdotische gebeurtenissen die hem zijn bijgebleven. De ontwikkeling van verzamelaarwoning naar een professioneel museum wordt op boeiende wijze getoond. Het voert de lezer mee in een rondleiding langs zijn dertigjarige carrière op kasteel het Nijenhuis. Zijn bijzondere relatie met de heer Hannema die zijn laatste jaren op het kasteel heeft doorgebracht maken het verhaal bijzonder interessant.