Een van de vele onbeantwoorde vragen rond de holocaust is: hoe konden zoveel mensen zich tot massamoordenaars ontpoppen? Het merendeel leed niet aan een psychopathologische storing. De meeste van hen waren vriendelijke huisvaders en doorsneeburgers heel normale mensen. Toch bleken ze tijdens de Tweede Wereldoorlog in staat dingen te doen waarvan ze in andere tijden en onder andere omstandigheden zouden gruwen. In Daders onderzoekt Harald Welzer de omstandigheden en voorwaarden waaronder gewone mensen genocide kunnen plegen tijdens de Tweede Wereldoorlog, maar ook in Rwanda en Bosnië. In Daders laat hij zien dat de bereidwilligheid te doden aangeleerd kan worden. Dat het denken in abstracte begrippen als de vijand, het jodendom of de moslims daarbij een cruciale rol speelt, is een van de belangrijkste lessen die dit boek ons leert. Welzer laat echter ook zien dat niet iedereen zich daardoor laat beïnvloeden.