De afgelopen jaren is er heel wat gebeurd rondom diagnostiek. Het is dan ook tijd voor een actualisatie van het kennisbestand omtrent psychodiagnostiek als diagnostisch besluitvormingsproces. De Bruyn schetst het fundamentele probleem van de wetenschappelijk opgeleide practicus: de verhouding van de wetenschap tot het professionele handelen. Een belangrijke dimensie daarbij is de wetenschappelijke zorgvuldigheid waarmee de diagnostiek wordt bedreven. Pelzer & Steeroeman beschrijven de landelijke versie van de Heerlense Brost Taxatie Schaal -L-HETS, een praktijkinstrument om de erost van de problematiek van kinderen en jeugdigen in kaart te brengen en te objectiveren. Koot bespreekt principes en problemen van classificatie van psychopathologie bij kinderen en jeugdigen. De meest gangbare classificatievormen op kinderleeftijd zijn deconsensusof klinische benadering en de empirische benadering. Verheij stelt de principiële vraag of behandelingsplanning een misbare of onmisbare schakel is. Van Yperen & De Ruyter stellen het thema vraaggerichte diagnostiek en indicatiestelling in de Bureaus Jeugdzorg aan de orde. Het spanningsveld tussen de inbreng van de cliënt en de rol van de diagnosticus staat hierbij centraal.