Een Bossche stadsbaggerman gaat omstreeks 1890 kermis vieren in een nabijgelegen dorp. Hij ontmoet de struise Trui de Kievit die hem laat weten dat ze hem wel als echtgenoot wil. Voor hij het weet is hij getrouwd en na enige jaren vader van een talrijke kinderschare. Zijn vrouw bestiert het huishouden efficiƫnt en netjes maar duldt van niemand tegenspraak. Wanneer een van de dochters een misstap begaat, is de moeder genadeloos: het kind komt er niet meer in. Pas jaren later beseft zij dat zij door haar harde, principiƫle opstelling fout is geweest.