'Je moeder is overleden. Je vader sleept zich elke dag, samen met honderden collega's, naar zijn lopendebandbestaan in een autofabriek die de hele arbeiderswijk domineert. Het vooruitzicht is dat jij ook, net als je vrienden en hun vaders, een baantje gaat krijgen bij diezelfde fabriek. De buurt bestaat uit eindeloze rijen grauwe flats, betonnen pleintjes met kapot straatmeubilair, centra met goedkope ketenwinkels.
Weglopen heeft geen zin, vind je. 'Overal maken de wielen van supermarktkarretjes hetzelfde geluid.' Op een dag besluit je de deur van je flat achter je dicht te trekken en niet meer buiten te komen. Je vriendin steunt je in je excentrieke beslissing, en ook je vader doet een ontroerende poging je te begrijpen. Maar je vrienden voelen zich verraden door je individuele gedrag. Ze komen verhaal halen.
'
Weglopen heeft geen zin, vind je. 'Overal maken de wielen van supermarktkarretjes hetzelfde geluid.' Op een dag besluit je de deur van je flat achter je dicht te trekken en niet meer buiten te komen. Je vriendin steunt je in je excentrieke beslissing, en ook je vader doet een ontroerende poging je te begrijpen. Maar je vrienden voelen zich verraden door je individuele gedrag. Ze komen verhaal halen.
'