Joël Blum ziet tijdens een bezoek aan Amsterdam toevallig op 61 archiefbeelden in het Joods Historisch Museum zijn moeder, met een blond jongetje op de arm. Eindeloos vaak bekijkt hij ze en één ding staat vast: dat jongetje is hij niet. Die ontdekking brengt zijn leven aan het schuiven en Joël móét terug naar Amsterdam om zijn identiteit, het raadsel van het verdwenen jongetje, en het verleden van zijn moeder te vinden. Joëls rusteloze zoektocht brengt hem heel dicht bij zijn moeders leven tijdens de oorlog en het dramatische moment dat ze op het perron, op weg naar Palestina, op het allerlaatste moment een andere baby in haar armen gedrukt krijgt. Elon slaagt er uitstekend in Joëls toenemende beklemming op de lezer over te brengen naarmate hij meer te weten komt over het leven van zijn moeder als ‘gewone’ joodse Hollandse vrouw die langzaam maar zeker uit het openbare leven wordt geweerd, waar ze haar hele leven deel van uitmaakte.