Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Decor overschaduwt personages

Henri Osewoudt 15 januari 2017
Wie het schrijverschap van Auke Hulst ook maar enigszins volgt, kan niet anders dan het gevoel bekruipen dat de auteur met ‘En ik herinner me Titus Broederland’ een cirkel sluit. Iets minder bondig (maar waarschijnlijk niet minder cryptisch) geformuleerd: door het zetten van een ferme stap voorwaarts, lijkt het of hij terugkeert naar zijn, of toch in ieder geval een, plek van oorsprong. Met ‘Titus Broederland’ smokkelt Hulst namelijk het ‘Dying Earth subgenre’ de Nederlandse literatuur binnen en uit het essay ‘Taaltunnels graven’ (verschenen als inleiding bij de heruitgave van zijn debuut en te lezen alhier op Hebban) valt op te maken dat een deel van de letterkundige compostlaag waarop het schrijverschap van Hulst is opgeschoten, een ‘Jack Vance-achtige sciencefictionroman’ is. Daarnaast lijkt hij wederom zijn geboortegrond (het Ruige Land) te hebben beschreven, hoewel dit keer sterk gemythologiseerd.

‘Titus Broederland’ speelt zich af in een niet nader gespecificeerde toekomst of parallelle wereld, waarin de mensheid ofwel is teruggevallen tot of zich nooit verder heeft ontwikkeld dan het pre-industriële tijdperk. ‘De Edicten’ een soort bijbels geschrift, worden met angstwekkend fanatisme nagevolgd en keuren niet alleen iedere vorm van vrijheid, vooruitgang en zelfexpressie af, maar beschouwen tweelingen ook als duivelskinderen. Het is hierom dat de naamloze verteller, zijn tweelingbroer Titus en hun vader geïsoleerd van de wereld in een bos leven. Het winnen van olie is (samen met merkwaardigerwijs het vastleggen van muziek op schellakplaten) de enig overgebleven technologische verworvenheid en iedere volwassen man moet een dag van de week ondergronds om te helpen bij het delven van aardbloed. Al dit wroeten in de grond destabiliseert de aarde en op zeker moment opent zich een razend zinkgat dat de wereld opslokt in het grote niets. Het verdrijft ook de broers uit hun bos en jaagt de ze de wereld in, waar ze als zwervende gitaarmannen de weg naar de mythische zee proberen te vinden.

Een oudere Young Adultlezer (of Walking Dead kijker) zal waarschijnlijk geen tekort aan referentiemateriaal hebben voor het soort dystopie dat Hulst schetst, maar wie altijd keurig binnen de categoriegrenzen van de mainstream literatuur heeft gelezen, moet voor vergelijkingsmateriaal uitwijken naar buitenlandse schrijvers als Cormac McCarthy (‘The Road’), Coetzee (‘Life and times of Michael K.) of David Mitchell (Shloosha’s Crossin’ an’ Everythin’ After). Misschien is ‘Titus Broederland’ echter nog wel het meest verwant aan ‘The Book of the New Sun’ van Gene Wolfe. Evenals Wolfe zet Hulst taal in om een wereld te scheppen die tegelijkertijd vreemd is en toch bekend aandoet. Hij gebruikt hiervoor Marten Toonderachtige anachronismen, bewuste anglicismen, platte dialogen en bloemrijke natuurlyriek. Hiermee weet hij de wereld die hij schetst, overtuigend naar zijn hand te zetten. Je kunt de roofbouw op de natuur en het resulterende zinkgat natuurlijk als metafoor voor van alles beschouwen, maar wetende dat Hulst is opgegroeid op de gasbel van Slochteren en mede door het behendige gebruik van termen als ‘bokkeblaadjes’, ‘fladderak’, ‘gitaarmannen’ (en de fantastische, soms letterlijk vertaalde pseudoniemen van blueszangers), weet Hulst je als lezer de vlaktes van Noord-Nederland voor het geestesoog te brengen en niet die van Texas. Voorwaar een prestatie van formaat.

De wereldbouw is fenomenaal en de sfeerschetsen zijn uniform sterk en daardoor is het een deceptie als je ergens halverwege het gevoel bekruipt dat ‘Titus Broederland’ weinig meer te bieden heeft dan dat. De magere avonturen van de broers die de broers beleven onderweg naar de zee voelen plichtmatig en weinig origineel en de niet aflatende grimmigheid en misantropie worden op zeker moment gratuit. ‘Titus Broederland’ lijdt hiermee onder hetzelfde euvel als voorganger ‘Johnny Idaho’: het decor lijkt de personages en hun handelingen volledig te overschaduwen. Hoewel het dus qua zeggingskracht en reikwijdte tekortschiet ten opzichte van de eerder genoemde buitenlandse tegenhangers, blijft ‘Titus Broederland’ vooral door de taal en ook door de beschrijvingen van de onvermijdelijke teloorgang van de meest intieme relatie die een mens kan hebben (die met een tweelingbroer of –zus), een opmerkelijk en boeiend, hoewel ook frustrerend onevenwichtig boek.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Henri Osewoudt

Gesponsord

Deze thriller trekt je razendsnel mee in een complot met onbetrouwbare staatslieden met hun eigen agenda's, internationale conflicten en hoogoplopende bedreigingen voor de samenleving.