Lezersrecensie
Het Rupsenhuis
Recensie van:
Het rupsenhuis
1710. De passie van een ambitieuze vrouw dwingt haar over de woeste Zuiderzee.
Auteur:
Jeanine de Vries (1979) woont en werkt in Friesland. Ze deed onderzoek naar levens van arme Amsterdammers die in de achttiende eeuw hun heil in Franeker zochten en verdiepte zich in de geschiedenis van het botanisch atelier van de beroemde Maria Sibylla Merian.
Wijze van lezen:
Recensie-exemplaar ontvangen van uitgeverij Mozaïek in ruil voor mijn recensie
Uitgeverij: Mozaïek
Genre: roman
Cover en flaptekst:
Een prachtige cover met kleurrijke bloemen en planten. Dit maakt mij nieuwsgierig naar het verhaal.
Een indrukwekkende en krachtige flaptekst.
Mooie tekst:
Hij, die zijn plaats verandert, verandert zijn geluk. Jiddisj gezegde
Quote:
Pagina 18/19;
Snel klautert ze de ladder naar het ruim af. Als ze in haar valies wroet naar het geld, ziet ze haar map met schetsen en studies.
Ze klapt hem open. Bovenop ligt een schets met een rups, pop en vlinder die ze in de haast van het naderende vertrek heeft overgetrokken uit het studieboek van Sibylla.
Het is de rups van de mot die ze mee wil nemen naar huis. Het was de eerste rups die Sibylla had gevonden nadat ze naar Wieuwerd was vertrokken, ook in Friesland. Hij is harig en zwart gespikkeld en volgens Sibylla zijn ze vooral te vinden op abrikozen, kersen en pruimen. In het valies zitten ook een paar houten doosjes waarin ze de rupsen mee terug kan nemen. Ze moet de mot vinden en naar Mokum brengen, misschien krijgt ze dan meer taken in de werkplaats.
Nu zeeft ze het water, mengt de verf tot Sibylla tevreden is over de kleur, ze spant het perkament en maakt het vochtig zodat het beschilderd kan worden. Laatst mocht ze voor het eerst een eerste verflaag aanbrengen maar ze weet dat ze meer wil. Ze kan zich een leven zonder het Rupsenhuis niet meer voorstellen.
Leibs voeten verschijnen op de trap. Snel klapt ze de map dicht en stopt hem terug in het valies. Hij houdt zich vast aan een balk.
‘Je hebt die tekeningetjes toch niet meegenomen?’
Zijn stem druipt van afkeuring.
Ze antwoordt niet.
Hij komt verder naar beneden. ‘In Franeker heb je die niet nodig. Ik dacht dat ik daar duidelijk over was geweest.’
Daar was hij zeker duidelijk over geweest. Ze heeft heel wat schetsen naar Sibylla gebracht, die beloofde ze voor haar te bewaren, maar sommige moesten echt mee, anders kan ze niet verder.
Mopperend vervolgt hij: ‘Het kost te veel geld, papier, penselen, pigment. Je kunt je tijd wel beter besteden.’
‘Nog even en dan zijn we in Harlingen.’ Hij probeert duidelijk een andere toon aan te slaan.
Het verhaal:
In ‘Het rupsenhuis’ van Jeanine de Vries komt de Amsterdamse Jael door schulden van haar man in Friesland terecht, in het onbekende Franeker. Ze voelt zich doodongelukkig en wil nog maar één ding: terug naar het botanische atelier in Amsterdam. Daar werkte ze als atelierhulp van de beroemde Maria Sibylla Merian.
Maar wat ze ook probeert, het lukt Jael niet om als vrouw alleen terug te reizen. De Zuiderzee wordt haar vijand en het atelier lijkt verder weg dan ooit. Maar Jael geeft de moed niet zomaar op.
Mijn leesbeleving:
Dit verhaal wilde ik graag lezen. Met name omdat het zich grotendeels afspeelt in Franeker. De stad waar vele voetstappen van mijzelf en mijn familie liggen.
Ik ben niet teleurgesteld. In tegendeel want Jeanine de Vries bezit de gave om op overtuigende en beeldende wijze te vertellen over het Franeker van 1710.
Ik zag de wereld van toen door de ogen van de Joodse Jael. Ik voelde haar intense heimwee naar de stad waar zij vandaan kwam. De pijn en het gemis van dierbaren die zij achterliet voelbaar snijdend door haar ziel. Haar verbazing, woede en ontgoocheling als Franekers haar verschijning mijdden omdat zij in hun ogen “anders” was; want zij sprak en verstond geen Fries.
Ook het misplaatste wantrouwen in Joden als mens en hun geloof vond ik verbijsterend. In de ogen van God is ieder mens gelijk en geliefd lijkt mij. Ook gaf het mij een leerzaam inzicht want ik dacht dat de meest gruwelijke Joden vervolging die in de Tweede Wereldoorlog was.
Tegelijkertijd was ik blij voor Jael dat zij die intens duistere tijd niet hoefde mee te maken. Maar toch voelde ik verdriet voor haar en de Joodse gemeenschap dat het uitsluiten op basis van afkomst, cultuur en religie zo diepgeworteld en taai was. Kwam dat door ontbering van kennis en daardoor onwetendheid. Of was het angst voor het onbekende of juist jaloezie het elkaar het licht in de ogen niet gunnen?
Jael leerde ik goed kennen; zeer eigengereid, creatief, het hart op de juiste plek en de continue weigering om in de huid te kruipen van de onderdanige en devote echtgenoot van Leib. Continu het naadje van de kous willen weten om wijzer te worden. Om gebeurtenissen in hun context te kunnen plaatsen. Voor de nodige vervolg stappen en het proberen te vinden van innerlijke troost.
Wat een immense kracht en spitsvondigheid bezit zij om de voor haar nieuwe omgeving waar zij niet wenst te zijn op alle mogelijke manieren de rug te kunnen toekeren. Maar bovenal haar grote passie; het bestuderen van rupsen voor haar werkgeefster Sibylla. Haar omwentelingen in Franeker en omgeving zorgden voor herkenning.
De inkijk in de cultuur en het geloof van Joodse mensen versus (Friese) mensen met bijvoorbeeld het Gereformeerde geloof vond ik interessant. Het gebruik van het Fries zorgde bij mij voor nog meer geloofwaardigheid en sfeer. Net als de Jiddische woorden. Ik kon merken dat de auteur zelf ook onderzoek had verricht in de historie en de plaatsnaam die tijd. Het was allemaal zichtbaar en tastbaar.
Dit verhaal bevat de nodige dosis spanning. Maar ook is het een verhaal dat dan weer rauw is en dan weer vertederend. Het rauwe zit in het continue vechten voor je eigen identiteit en je normen en waarden dwars tegen de geldende normen in. Je niet onder het kleed laten schuiven. Door jezelf te blijven vrienden maken in elke laag van de bevolking. Vertedering voor de devotie en passie voor dieren, hun bewegingen en ontwikkeling vast willen leggen.
Waardevolle en pure vriendschappen. Die jezelf verrijken maar ook de mensen die het betreft. Van jonge mensen tot leeftijdsgenoten. Het jeugdige en onbevangen enthousiasme van een kind tot de tomeloze gedeelde idealen van volwassenen. Het neerkijken op en het misbruiken van mensen verdiende de schoonheidsprijs niet.
Na de nodige turbulente gebeurtenissen volgt de plot. Het is een open einde. Mijn fantasie gaat nu alweer met mij aan de haal. Hopelijk komt er een deel twee.
Mijn mening:
Ik geef 5 sterren.
Een prima opbouw in historische setting, sfeer en spanning. Een krachtige en beeldende schrijfstijl. Gedetailleerd uitgewerkte personages. Een verklarende woordenlijst achterin waardoor je Jiddisch leert begrijpen.
De zeer leerzame en interessante woorden van uitleg bij de totstandkoming van dit verhaal van de auteur in haar nawoord.
Na het lezen van dit boek is mijn fascinatie voor flora en fauna nog groter geworden. En het leren kennen van Franeker en Harlingen rond 1700 vond ik fascinerend.
Ook de tip om de website van Franeker te bekijken vond ik mooi. Ik wil ook zeker meer lezen over Sibylla Merian.
In de toekomst lees ik graag meer van Jeanine de Vries.
Het rupsenhuis
1710. De passie van een ambitieuze vrouw dwingt haar over de woeste Zuiderzee.
Auteur:
Jeanine de Vries (1979) woont en werkt in Friesland. Ze deed onderzoek naar levens van arme Amsterdammers die in de achttiende eeuw hun heil in Franeker zochten en verdiepte zich in de geschiedenis van het botanisch atelier van de beroemde Maria Sibylla Merian.
Wijze van lezen:
Recensie-exemplaar ontvangen van uitgeverij Mozaïek in ruil voor mijn recensie
Uitgeverij: Mozaïek
Genre: roman
Cover en flaptekst:
Een prachtige cover met kleurrijke bloemen en planten. Dit maakt mij nieuwsgierig naar het verhaal.
Een indrukwekkende en krachtige flaptekst.
Mooie tekst:
Hij, die zijn plaats verandert, verandert zijn geluk. Jiddisj gezegde
Quote:
Pagina 18/19;
Snel klautert ze de ladder naar het ruim af. Als ze in haar valies wroet naar het geld, ziet ze haar map met schetsen en studies.
Ze klapt hem open. Bovenop ligt een schets met een rups, pop en vlinder die ze in de haast van het naderende vertrek heeft overgetrokken uit het studieboek van Sibylla.
Het is de rups van de mot die ze mee wil nemen naar huis. Het was de eerste rups die Sibylla had gevonden nadat ze naar Wieuwerd was vertrokken, ook in Friesland. Hij is harig en zwart gespikkeld en volgens Sibylla zijn ze vooral te vinden op abrikozen, kersen en pruimen. In het valies zitten ook een paar houten doosjes waarin ze de rupsen mee terug kan nemen. Ze moet de mot vinden en naar Mokum brengen, misschien krijgt ze dan meer taken in de werkplaats.
Nu zeeft ze het water, mengt de verf tot Sibylla tevreden is over de kleur, ze spant het perkament en maakt het vochtig zodat het beschilderd kan worden. Laatst mocht ze voor het eerst een eerste verflaag aanbrengen maar ze weet dat ze meer wil. Ze kan zich een leven zonder het Rupsenhuis niet meer voorstellen.
Leibs voeten verschijnen op de trap. Snel klapt ze de map dicht en stopt hem terug in het valies. Hij houdt zich vast aan een balk.
‘Je hebt die tekeningetjes toch niet meegenomen?’
Zijn stem druipt van afkeuring.
Ze antwoordt niet.
Hij komt verder naar beneden. ‘In Franeker heb je die niet nodig. Ik dacht dat ik daar duidelijk over was geweest.’
Daar was hij zeker duidelijk over geweest. Ze heeft heel wat schetsen naar Sibylla gebracht, die beloofde ze voor haar te bewaren, maar sommige moesten echt mee, anders kan ze niet verder.
Mopperend vervolgt hij: ‘Het kost te veel geld, papier, penselen, pigment. Je kunt je tijd wel beter besteden.’
‘Nog even en dan zijn we in Harlingen.’ Hij probeert duidelijk een andere toon aan te slaan.
Het verhaal:
In ‘Het rupsenhuis’ van Jeanine de Vries komt de Amsterdamse Jael door schulden van haar man in Friesland terecht, in het onbekende Franeker. Ze voelt zich doodongelukkig en wil nog maar één ding: terug naar het botanische atelier in Amsterdam. Daar werkte ze als atelierhulp van de beroemde Maria Sibylla Merian.
Maar wat ze ook probeert, het lukt Jael niet om als vrouw alleen terug te reizen. De Zuiderzee wordt haar vijand en het atelier lijkt verder weg dan ooit. Maar Jael geeft de moed niet zomaar op.
Mijn leesbeleving:
Dit verhaal wilde ik graag lezen. Met name omdat het zich grotendeels afspeelt in Franeker. De stad waar vele voetstappen van mijzelf en mijn familie liggen.
Ik ben niet teleurgesteld. In tegendeel want Jeanine de Vries bezit de gave om op overtuigende en beeldende wijze te vertellen over het Franeker van 1710.
Ik zag de wereld van toen door de ogen van de Joodse Jael. Ik voelde haar intense heimwee naar de stad waar zij vandaan kwam. De pijn en het gemis van dierbaren die zij achterliet voelbaar snijdend door haar ziel. Haar verbazing, woede en ontgoocheling als Franekers haar verschijning mijdden omdat zij in hun ogen “anders” was; want zij sprak en verstond geen Fries.
Ook het misplaatste wantrouwen in Joden als mens en hun geloof vond ik verbijsterend. In de ogen van God is ieder mens gelijk en geliefd lijkt mij. Ook gaf het mij een leerzaam inzicht want ik dacht dat de meest gruwelijke Joden vervolging die in de Tweede Wereldoorlog was.
Tegelijkertijd was ik blij voor Jael dat zij die intens duistere tijd niet hoefde mee te maken. Maar toch voelde ik verdriet voor haar en de Joodse gemeenschap dat het uitsluiten op basis van afkomst, cultuur en religie zo diepgeworteld en taai was. Kwam dat door ontbering van kennis en daardoor onwetendheid. Of was het angst voor het onbekende of juist jaloezie het elkaar het licht in de ogen niet gunnen?
Jael leerde ik goed kennen; zeer eigengereid, creatief, het hart op de juiste plek en de continue weigering om in de huid te kruipen van de onderdanige en devote echtgenoot van Leib. Continu het naadje van de kous willen weten om wijzer te worden. Om gebeurtenissen in hun context te kunnen plaatsen. Voor de nodige vervolg stappen en het proberen te vinden van innerlijke troost.
Wat een immense kracht en spitsvondigheid bezit zij om de voor haar nieuwe omgeving waar zij niet wenst te zijn op alle mogelijke manieren de rug te kunnen toekeren. Maar bovenal haar grote passie; het bestuderen van rupsen voor haar werkgeefster Sibylla. Haar omwentelingen in Franeker en omgeving zorgden voor herkenning.
De inkijk in de cultuur en het geloof van Joodse mensen versus (Friese) mensen met bijvoorbeeld het Gereformeerde geloof vond ik interessant. Het gebruik van het Fries zorgde bij mij voor nog meer geloofwaardigheid en sfeer. Net als de Jiddische woorden. Ik kon merken dat de auteur zelf ook onderzoek had verricht in de historie en de plaatsnaam die tijd. Het was allemaal zichtbaar en tastbaar.
Dit verhaal bevat de nodige dosis spanning. Maar ook is het een verhaal dat dan weer rauw is en dan weer vertederend. Het rauwe zit in het continue vechten voor je eigen identiteit en je normen en waarden dwars tegen de geldende normen in. Je niet onder het kleed laten schuiven. Door jezelf te blijven vrienden maken in elke laag van de bevolking. Vertedering voor de devotie en passie voor dieren, hun bewegingen en ontwikkeling vast willen leggen.
Waardevolle en pure vriendschappen. Die jezelf verrijken maar ook de mensen die het betreft. Van jonge mensen tot leeftijdsgenoten. Het jeugdige en onbevangen enthousiasme van een kind tot de tomeloze gedeelde idealen van volwassenen. Het neerkijken op en het misbruiken van mensen verdiende de schoonheidsprijs niet.
Na de nodige turbulente gebeurtenissen volgt de plot. Het is een open einde. Mijn fantasie gaat nu alweer met mij aan de haal. Hopelijk komt er een deel twee.
Mijn mening:
Ik geef 5 sterren.
Een prima opbouw in historische setting, sfeer en spanning. Een krachtige en beeldende schrijfstijl. Gedetailleerd uitgewerkte personages. Een verklarende woordenlijst achterin waardoor je Jiddisch leert begrijpen.
De zeer leerzame en interessante woorden van uitleg bij de totstandkoming van dit verhaal van de auteur in haar nawoord.
Na het lezen van dit boek is mijn fascinatie voor flora en fauna nog groter geworden. En het leren kennen van Franeker en Harlingen rond 1700 vond ik fascinerend.
Ook de tip om de website van Franeker te bekijken vond ik mooi. Ik wil ook zeker meer lezen over Sibylla Merian.
In de toekomst lees ik graag meer van Jeanine de Vries.
1
Reageer op deze recensie