Eigenzinnige zoektocht

Het eerste boek in het fonds van de jonge uitgeverij Das Mag was de korte verhalenbundel van Maartje Wortel Er moet iets gebeuren. Ondertussen is het fonds wat uitgebreid en verscheen begin 2019 ook de nieuwe roman van Wortel, Dennie is een star, bij Das Mag. Verhalen van Wortel verschenen eerder in onder andere De Revisor, De Gids en Tirade. Eerdere romans van haar hand zijn IJstijd en Half mens.

Verhalen vertellen doet Wortel op haar eigen manier, zo ook in Dennie is een star. Het verhaal gaat over een zoektocht zoals veel literatuur daarover gaat. Het past mooi in lijn met Drift van Bregje Hofstede, maar dan qua stijl op een heel eigen manier. Het hoofdpersonage van Dennie is een star is op zoek naar liefde en de betekenis daarvan, naar de beste manier van samenleven en de betekenis van ons menselijk bestaan.

Alle goden zijn al ‘uitgeprobeerd’, steeds meer vrouwen passeren in het leven van het hoofdpersonage, maar niets lijkt te helpen. Daarom besluit Ted haar kat Dennie tot haar nieuwe god te maken. Langzaam beginnen steeds meer mensen in Dennie te geloven en leert Dennie haar van alles over leven en liefde.

Lezers van Wortel zullen haar oog voor detail herkennen in de nieuwe roman, zeker waar het de analyse van onze huidige wereld betreft. Keer op keer slaat de auteur – vaak tussen de regels door – de spijker op de kop. “Iedereen was met het klimaat bezig en tegelijkertijd was niemand er echt mee bezig.” Dennie is een star is een roman van en over deze tijd, waarin veel vraagstukken bekend voorkomen. Waar willen we heen als mens, als geheel, als wereld? Wat is liefde en wanneer is het genoeg?

“De dood is wellicht niet meer dan een metafoor, zei Jean-Michel. Een andere manier van leven. Het zou kunnen dat de dood enkel taal is, een woord waar we waarde aan zijn gaan hechten.”

Net als haar andere werken is Dennie is een star niet heel omvangrijk, maar Wortel weet de kern steeds precies te raken en heeft daar weinig woorden of talige opsmuk voor nodig. Haar proza is compact en gemakkelijk leesbaar en tegelijk erg rijk voor de lezer die weet waar hij op moet letten. Zo gaat het boek over een kat, iets wat docent Wim Brands Wortel op de Rietveld Academie afraadde, maar staat het boek vervolgens bol van de verwijzingen naar en citaten over katten in de kunsten en de literatuur.

Dat soort spelletjes maakt het werk van Wortel interessant en maakt ook deze nieuwe roman zeker de moeite waard. Wortel weet de vragen en zorgen van een generatie als geen ander te vangen zonder pompeus of ingewikkeld te doen over grote thema’s als vriendschap en zingeving.