Spannende combinatie van fictie en non-fictie

De jonge wetenschapper Daniel van Galen krijgt krijgt onverwacht bezoek van zijn broer Michel. Sinds zij hun ouders hebben verloren is Michel in Vaals ingetreden als monnik. Hierdoor zien de beide broers elkaar niet vaak. Het bezoek van Michel is nogal verwarrend. Als gevolg daarvan brengt Daniel een bezoek aan zijn vroegere mentor professor Huydenkooper. Daar ontmoet hij diens dochter, Eva, Huydenkooper, zijn oude jeugdliefde. De hele commotie blijkt te draaien om een klein zwart boekje, met aantekeningen van de Nederlandse pater Xavier ter Linden, die in 1945 een bijzondere ontmoeting had met een SS-er die méér scheen te weten over de verblijfplaats van de welhaast belangrijkste relikwie na de Heilige Graal: de Heilige Lans. De speurtocht naar die lans, die Daniel en Eva vervolgens gedwongen worden te ondernemen, voert hen van het landelijke Vaals naar het geheime centrum van de macht in Europa.

De aanbeveling op de knalgele sticker op de voorkant van het boek ‘Dit boek lees je in één adem uit’ klopt in dit geval helemaal. Van Galen heeft een zeer beeldend en spannend verhaal geschreven waarin hij fictie en non-fictie op vakkundige wijze aaneenknoopt. Zo vakkundig, dat het eigenlijk niet eens veel uitmaakt of alles wat hij schrijft wel of niet echt gebeurd is, of waar is. Het thema ‘zoektocht naar de Heilige Lans’ en het thema ‘er is een geheim genootschap van machtige mannen die eigenlijk heel Europa regeren’ is niet nieuw. Het thema ‘jonge man en vrouw gaan samen op zoek naar de waarheid achter enkele moorden’ is ook niet nieuw. Alex van Galen heeft deze en andere thema’s echter van een fris jasje voorzien en wat belangrijker is: hij heeft zich beperkt! Beperkt tot het keurig uitleggen van de historische achtergrond, zonder daarbij breedsprakig of betweterig over te komen. Beperkt tot een aantal interessante hoofdpersonen, zonder een grote hoeveelheid aan niet ter zake doende bijfiguren. Beperkt tot een aantal goed herkenbare locaties, zonder zwerftochten over de halve wereld. Vervolgens heeft hij een flinke scheut (soms lekker scherpe) humor toegevoegd en zélfs het vleugje romantiek (de opbloeiende liefde tussen Daniel en Eva) wordt natuurlijk gebracht zonder dat het ergens klef wordt. De opvolger maakt nieuwsgierig. Ondanks het feit dat je wéét dat de helft verzonnen is, krijg je toch neiging om op Internet of in de bibliotheek eens verder te gaan kijken. Voeg daarbij het feit dat Van Galen zeer beeldend schrijft – hier zien we regelmatig zijn achtergrond als scenarioschrijver opdoemen – en je hebt een thriller van Nederlandse bodem die staat als een huis.