Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Marc-Uwe Kling, Duits neefje van Kamagurka en Gummbah

Marina 21 juni 2018
Deze titel is niet letterlijk te nemen, eerder als een waarschuwende sticker op het boek:” Opgelet, deze inhoud kan je gevoel voor humor schaden.”
In een kleine 80 hoofdstukjes hopt en whopt een losgeslagen kangoeroe door het decor, innig verstrengeld in een absurdiaanse, koldereske woordenbrijwals met de protagonist Marc-Uwe. Woordspelingen, soms flauwe, wisselen elkaar af met parodie, satire, ronduit absurde situatiehumor, maar dijenkletsers zitten er beslist niet in.
Het is het soort humor dat wringt en schuurt, dit deeltje van je hersens uitdaagt dat zich zo ongeveer tussen je taalbeheerscentrum, je persoonlijke moraliteitsbarometer en je affiniteit met een sprekende kangoeroe geografiseert.
Ik had ook als titel kunnen kiezen:” Ich bin ein Berliner”, de onhandige uitspraak van een fiere Kennedy die trots verkondigt dat hij een Berlinerbol is.
In mijn, bescheiden, opinie is humor in een andere taal begrijpen, de hoogste trap van een taal ( en mede cultuur) ‘ in de vingers’ hebben ( ja, dit lijkt op Fingerspitzengefühl ). Niet alles wat we lezen, kunnen we begrijpen, mits tekort aan achtergrond/ondergrondkennis. Ook woordgrapjes kunnen een quasi onmogelijkheid tot vertalen betekenen.
Vandaar mijn keuze om deze recensie af te ronden met een gestolen stukje tekst: de vertaler, Elbert, maakte mn deel uit van de leesclub.

Voilà, Elbert uit diep respect voor dit Hell of a job-titaanvertaalwerk en uit dank voor de veelvuldige ogenopeners ( hoop dat het oké is dat ik je citeer ?)

“…sommige vertaalproblemen ingegeven zijn door het type humor en andere door de taal zelf. Ik zou zeggen dat de meeste grappen uit de Känguru-Chroniken grofweg in drie categorieën vallen: slapstick, culturele/maatschappelijke verwijzingen en woordgrappen. De eerste is situatiehumor die voor het vertalen niet zo gek veel problemen oplevert. Als je kijkt naar het verhaal 'Theorie en praktijk' (p. 64) of 'Whopper' (p. 151), dan zie je humor die grotendeels taalonafhankelijk is en des te sterker leunt op een fysieke dynamiek. Met andere woorden: in welke taal het geschreven zou worden, het verhaal werkt altijd wel. Dat de heren van Monty Python 'the Ministry of Silly Walks' verzinnen, zou je met enig recht wel Britse humor kunnen noemen, maar het werkt vervolgens wel overal, zonder dat er al te veel taal aan te pas komt.
Daarnaast heb je de culturele of maatschappelijke kritiek die vaak door een toevoeging van absurditeit een komisch effect krijgt, zoals bijvoorbeeld in verhalen als 'Hersenschimmen' (p. 73) of 'De ketencarrousel' (p. 148), of waar de schrijver het heel makkelijk heeft en de realiteit alleen maar hoeft op te schrijven om de lezer de absurditeit te tonen - waarmee het komische effect vaak vanzelf komt. Dit is al een stuk lastiger te vertalen. Als de cultuur- of maatschappijkritiek zich richt op iets wat in alle Westerse samenlevingen present is, is de stap van bron- naar doeltaal niet zo groot. Lastiger wordt het wanneer de schrijver zich sterker richt op een Duits fenomeen of een zaak die in Duitsland een stuk gevoeliger ligt dan in andere landen. Neem het verhaal 'Wie zijn er helden?' (p. 191) - de titel moest wat mij betreft zijn 'Wie zijn helden?' om de 'Wir sind Helden -- Wer sind Helden?' grap recht te doen, maar in de redactie is er 'er' tussen gezet, maar soit... Het wordt in dat verhaal vrij specifiek Duits. Om te beginnen is er het concept van het Beierse consulaat in Berlijn, wat de Nederlander misschien wat vreemd overkomt. Dan gaat het over Franz Josef Strauss, die in Duitsland meteen allerlei associaties oproept en waarop Marc-Uwe Kling in het Duits zijn grappen kan bouwen - de vertaler kan dat maar in zeer beperkte mate en sommige Nederlandse lezers zal de grap dan ook ontgaan. Op pagina 193 wordt een rijtje 'helden' opgesomd. In het Duits stonden daar "Was kommt als Nächstes? Das Jürgen-Möllemann-Mahnmal? Das Hans-Filbinger-Institut für Rechtswissenschaften? Die Axel-Springer-Gedächtniskapelle?" Allemaal gevallen personen die toch door een groot deel van de Duitsers zal worden herkend. Het liefst wil je hier iets neerzetten als: 'Wat krijgen we hierna? Het Diederik Stapel-instituut voor sociale wetenschap? Het Prins Bernard Verzetsmuseum?' Enzovoorts. Dat gaat niet. Het zou een vreemde eend in de Duitse bijt zijn. De personen die ik uiteindelijk heb gekozen, zijn in ieder geval Duits en zouden in het origineel hebben kunnen voorkomen - ik neem de anachronismen op de koop toe. Het is met dit soort humor constant schipperen, afwegen, inschatten wat de Nederlandse lezer weet en of het ook grappig wordt. Soms is het geslaagder dan andere keren.
En dan de talige humor, waar dit boek ook vol mee zit. Er waren 'vertaalproblemen' die een bepaald stramien volgden, zoals het verwisselen en verhaspelen van letters in 'Wrattenzwijn' (p. 41). "Sehr liebenswürzig. Schanke döhn" wordt dan 'Heel friemelijk van je. Wankjedel'. Dat is geen hogere wiskunde, maar je moet wel de goede woorden vinden die grappig klinken als je ze verhaspeld hebt. In het verhaal 'Kleinkunst' suggereert de kangoeroe op pagina 14 dat de schrijver misschien wel een prostituee is - hij loopt overdag in zijn pyjama en is altijd thuis. De ik-persoon maakt het nog erger door wat hakkelend te zeggen dat hij 's nachts werkt. Dan vraagt de kangoeroe in het Duits: "Anschaffender Künstler?«, fragt das Känguru. »Freischaffend heißt das.« »Ach so.«" Dan moet je in het Nederlands dus iets zoeken dat je de kangoeroe min of meer geloofwaardig kan laten zeggen en dat de bovenstaande lading dekt. Ik kwam op 'Vrijend kunstenaar?" vraagt de kangoeroe. "Vrij kunstenaar, heet dat." "Aha."' Dit soort talige humor ziet er bij voorkeur uiteindelijk voor de Nederlandse lezer niet uit als 'vertaald' of 'Duits', maar er moet wel een goede woordgrap staan. Nogmaals: of het hier geslaagd is of niet, dat laat ik aan de lezer over. Wat een enorm vertaalprobleem was, was het 'kernstuk' van het verhaal 'Poedersoeptotalitarisme' (p. 16). De kangoeroe hangt een verhaal op dat er eigenlijk niets te kiezen valt, al wordt dat wel zo gepresenteerd: "Kurz gesagt: nur der Schein einer Wahl, oder, um den offiziellen Terminus zu verwenden: ein Wahlschein." Dat laatste is de officiële term voor een stembiljet, maar betekent ook letterlijk 'keuzeschijn'. De hele grap berust dus op de dubbele lezing, zoals bijna altijd met woordgrappen. De vertaler heeft het nakijken, want al maak je ellenlange lijsten van woorden over democratie en verkiezingen: het Nederlands geeft op dit punt geen cadeautje. De grap moet dus een beetje anders ingekleed worden, en ik kwam tot twee kandidaten: 'kiespijn' of 'verkiezingsuitslag'. In beide gevallen verbind je in tweede lezing op z'n minst het kiezen met iets naars en daar bouw je dan de nieuwe grap omheen, maar het wringt wel een beetje als je weet wat voor elegante grap er stond…”
....tot zoverre...

Voor de korte inhoud, bio auteur en gemotiveerde boekbespreking verwijs ik met graagte naar de prachtige recensies van de medeleesclubgenoten.

Tot slot: ik heb lang getwijfeld over de sterrenparade: het boek is qua inhoud en stijl beslist zijn sterren waard, echter voorbestemd voor een beperkt publiek owv moeilijk herkenbare context voor een niet-Berlijner/Duitstalige/Duitse-cultuurkenner, annex Klingkenner.

Dus: lezen op eigen risico ( en geef die kangoeroe nooit een hand!)




3

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Marina

Gesponsord

Deze thriller trekt je razendsnel mee in een complot met onbetrouwbare staatslieden met hun eigen agenda's, internationale conflicten en hoogoplopende bedreigingen voor de samenleving.