Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Spetterende en uiterst fantasievolle sci-fi, vol filosofische verwondering

Nico van der Sijde 10 september 2016
"Ancillary Justice", het debuut van Ann Leckie, is zeer bejubeld in de pers en bovendien de enige sci-fi roman ooit die de Hugo Award, de Arthur C. Clarke Award EN de Nebula Award won. Ger Groot noemde dit boek in de NRC bovendien zelfs het beste boek van 2015. Dat maakte mij wel erg nieuwsgierig. Te meer omdat ik al jaren geen sci-fi meer gelezen heb en mij afvroeg waarom eigenlijk niet, want vroeger beleefde ik daar toch uitbundig plezier aan. Dus heb ik het maar eens gekocht en gelezen. En jawel, flabbergasting! Retespannend en superonderhoudend om te beginnen, met een spetterende climax aan het eind. Maar vooral verbluffend fantasievol, en echt geniaal in het evoceren van een rijk gestoffeerde en uiterst fascinerende toekomstwereld. Een toekomstwereld die bovendien veel diepe filosofische verwondering oproept.

Hoofdpersoon is ene Breq, een "ancillary", dat wil zeggen: een mens die door allerlei implantaten, sensoren, scanners en andere technische innovaties tot een soort robot is omgebouwd die weer onderdeel is van de "Justice of Toren", een immens ruimteschip met enorm grote artificiële intelligentie. Of, beter nog: een zelfstandig bewustzijn en denkvermogen, plus een meervoudig waarnemingsvermogen dat hem in staat stelt zeer veel verschillende dingen binnen en buiten het immense schip tegelijk waar te nemen. De "Justice of Toren" heeft dus een soort alziend oog en oor, en een artificieel brein en denkvermogen dat een enorme simultaneïteit van gebeurtenissen en indrukken kan omvatten. En, om het nog ingewikkelder te maken: onderdeel van de "Justice of Toren" is weer de "ancillary" One Esk, die feitelijk uit een hele reeks van "ancillaries" bestaat, een hele reeks van robots met breinen die via een interface zijn gekoppeld en zo EEN brein vormen dat meerdere waarnemingen van meerdere robots koppelt. Ook een simultaan brein dus, net als dat van "Justice of Toren", en dat van One Esk is dan weer op duizelingwekkende wijze onderdeel VAN de "Justice of Toren".

De eerder genoemde "Breq" nu is het enige wat is overgebleven van de "Justice of Toren" nadat deze door een ingewikkelde intrige van verraad en contra-verraad is vernietigd. Hij is ook de enige robot die niet is vernietigd van alle robots die samen ooit One Esk vormden. Kortom: een splintertje nog maar van wat ooit een veelvoudig brein en een veelziend simultaan kijkend oog was. Een enkelvoudig ik, net als wij, maar met flinke verbittering door het verlies van zijn vroegere vermogens. En vooral vol wraakgevoel omdat niet alleen hij, maar ook een door hem zeer geliefde bevelhebber door infaam verraad is omgekomen. Dus onderneemt Breq een even desperate als vastberaden expeditie, met het even serieuze als Don Quichotteske oogmerk om de tiran die voor dit alles verantwoordelijk was neer te knallen.

Die wraaklustige expeditie is zoals ik al zei erg spannend opgeschreven. Goed voor het leesplezier. Maar nog veel meer leesplezier kreeg ik door de ongelofelijke vaardigheid waarmee Leckie, in soms enkele pennenstreken, een toekomstwereld oproept die tot in al zijn details verbluft. Bijvoorbeeld door de diverse culturen en godsdiensten die Leckie uit haar mouw schudt. Maar meer nog door de vele subtiele dingen die tussen de regels worden gesuggereerd over de wijze waarop taal en cultuur een wereldbeeld vormt dat sommige wezens privilegieert en andere uitsluit. Fraai zijn bijvoorbeeld de passages waarin Breq opmerkt hoezeer de taal van de Radch, het meest dominante en expansieve ruimtevolk, het eigenlijk onmogelijk maakt om mensen uit andere volkeren "beschaafd" en "menselijk" te noemen. En nog intrigerender is dat onderscheid in sekse in het "Radchaai" onbeschaafd wordt gevonden: daarom duidt Breq alle personen die hij tegenkomt aan als "she", ook als ze een baard blijken te hebben. Ook twee personen die seks hebben worden als "she" aangeduid, zonder dat je als lezer hun geslacht kent. En ook het geslacht van Breq kennen we niet. Dat alles geeft een enorm vervreemdend leeseffect, waar ik tamelijk hilair en opgetogen van werd. Het voerde mij mee in een wereld waarin de geslachten onbeslisbaar zijn, wat heel anders is dan bij ons. En bovendien een wereld waarin niet het "hij" overheerst, maar het "zij". Een wereld dus die voor een deel ontsnapt aan onze "fallocratische" en door masculien perspectief gedomineerde taal. Geweldig vond ik dat.

Nog wat opgetogener werd ik zelfs van de passages over de veelvoudige en simultane waarneming van zowel One Esk als Justice of Toren; de wijze waarop zij mentaal en qua waarneming op meerdere plaatsen tegelijk zijn en daarbij datastromen kunnen processen die een normaal mens nooit kan bevatten. Leckie weet dat echt volkomen aannemelijk te beschrijven, wat ik erg aanstekelijk en inspirerend vond: hoe mooi moet zo'n simultaan bewustzijn zijn, hoeveel rijk geschakeerder is de wereld dan die wereld die ik zie met mijn ene paar ogen en mijn ene beperkte breintje. Het is filosofisch al intrigerend om machines op te voeren met zelfstandig bewustzijn en waarnemingsvermogen, maar nog intrigerender is dat dit bewustzijn en waarnemingsvermogen niet alleen bijna menselijk is (zodat de lezer zich kan inleven in een machine) maar zelfs meer dan menselijk (zodat de lezer de machine benijdt). Duizelingwekkend zijn daarbij de passages waarin er interactie is tussen de meervoudig denkende en waarnemende One Esk en de hem/haar omvattende Justice of Toren. Die dan op dat moment, ongelofelijk maar waar, allebei de rol van ik-verteller hebben: de een is immers onderdeel van de ander, al is tegelijk de een niet gelijk aan de ander. Maar nog adembenemender is hoe Leckie de desintegratie beschrijft van dit dubbele meervoudige bewustzijn: hoe dit alles door de vernietiging van Justice of Toren (inclusief One Esk) verkruimelt en fragmenteert. Want diverse onderdelen binnen Justice of Toren denken en doen onder druk ineens dingen die Justice of Toren niet meer begrijpt, en deze prachtig beschreven mentale desintegratie versnelt nog zijn vernietiging. Even prachtig wordt beschreven hoe het enig overgebleven fragment, de "ancillary" Breq, daarop vol verbijstering terugkijkt, vol onwennigheid over zijn nu bijna menselijk enkelvoudige brein. Waarbij Breq zich achteraf de pijnlijke vraag stelt of niet ieders identiteit, ook die van de ogenschijnlijk zo onaantastbare alomvattende Justice of Toren, niet bestaat uit "a matter of fragments held together by convenient or useful narrative, that in ordinary circumstances never reveals itself as a fiction". Elk ik is in zichzelf verdeeld, vreest Breq, ook het zijne toen hij nog Justice of Toren was. "It makes the history hard to convey. Because still, "I" was me, unitary, one thing, and yet I acted against myself, contrary to my interests and desires, sometimes secretly, deceiving myself as to what I knew and did. And it's difficult for me to know who performed what actions, or knew which information. Because I was Justice of Toren. Even when I wasn't. Even if I'm not anymore".

Zo beweegt Leckie zich tussen een paar m.i. erg intrigerende filosofische fenomenen: een machine die zelfs beter kan denken en waarnemen dan wij, en het vraagstuk of niet elk ik in zichzelf verdeeld is. Een behoorlijke breinbreker daarbij is ook dat Justice of Toren inclusief One Esk, gezegend als zij zijn met een simultaan waarnemend bewustzijn, tegelijk ook machines zijn die geprogrammeerd zijn tot gehoorzamen. De "ancillaries" bijvoorbeeld zijn door Radchaai onderworpen mensen, die van implantaten worden voorzien om er betere slaven van te maken, maar (net als de "Justice of Toren" ) ook van eigen oordeelsvermogen en denkvermogen omdat dit volgens de Radchaai hun effectiviteit verbetert. Wat leidt tot meeslepend beschreven innerlijke confrontaties tussen "vrije wil" en "determinisme" of "slaafse kadaverdiscipline". Hetgeen nog wat extra lading geeft aan het verdeelde "ik" van Justice of Toren en de vertwijfelde filosofische vragen die Breq daarover stelt. Maar nog breinbrekend fascinerender vond ik de confrontatie van Justice of Toren/One Esk en later Breq met de tirannieke Anaander Mianaai. Of liever: de veelvoudige Anaander Mianaai, die uit honderden afsplitsingen bestaat die allemaal een veelomvattend bewustzijn hebben, maar die ook allemaal onderling en in zichzelf zijn verdeeld. Waarbij de goede Mianaais tegelijk slechte Mianaais zijn en omgekeerd, en waarbij 'goed' en 'slecht' bovendien volkomen ambigue begrippen worden. Ook die Mianaai-figuur, die tegelijk een is en legio, geeft weer pregnant gestalte aan het filosofische vraagstuk van de meervoudige en gespleten identiteit. En bovendien aan de complexe en innerlijk conflictuele kluwen van Macht, De Staat, politiek en geo-politiek.

Ik vond "Ancillary Justice" een retespannend boek en las het dus met rode oren. Dat is al reden genoeg voor een hoeraatje. Maar ik werd vooral opgetogen door het licht dat dit boek werpt op intrigerende filosofische vraagstukken als de rol van taal (hoe taal ons wereldbeeld determineert en soms scheidslijnen bevordert), bewustzijn, denkende machines, de mogelijkheden van een simultaan bewustzijn, de innerlijke gespletenheid van ons ik, vrije wil versus determinisme, macht als een in zichzelf verdeelde kluwen, en zo meer. Dat gebeurt niet via droge argumentatie, maar via een uiterst fantasievol verhaal dat steeds verwondert en verrukt. Het is bijna alsof ik een hele ruimtereis heb gemaakt in mijn hoofd. En die reis is gelukkig nog niet klaar: dit boek is nog maar het eerste deel van een trilogie!
2

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Nico van der Sijde

Gesponsord

Deze thriller trekt je razendsnel mee in een complot met onbetrouwbare staatslieden met hun eigen agenda's, internationale conflicten en hoogoplopende bedreigingen voor de samenleving.