Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Hebban recensie

Het piepkleine oeuvre van een bijna mythische dichter

Hans Sleutelaar. Midden jaren zestig van de vorige eeuw wist iedere poëzieliefhebber dat die naam thuishoorde in een rijtje met onder meer Cornelis Bastiaan Vaandrager, Hans Verhagen en Armando. Zij vormden een groep die zich ‘Zestigers’ noemde, als reactie op de ‘Vijftigers’. Het moest afgelopen zijn met de onbegrijpelijke poëzie, de gedichten van de Zestigers werden uit de werkelijkheid geplukt en er was geen grondige analyse nodig om er achter te komen wat er nou eigenlijk stond. Alledaagse woorden, geen ingewikkelde beeldspraak. Hun werk publiceerden zij in de tijdschriften Gard Sivik en opvolger De Nieuwe Stijl.

Van Vaandrager, Verhagen en Armando is al jaren in kloeke uitgaven de verzamelde poëzie beschikbaar. Van Hans Sleutelaar kon je je afvragen of hij in zijn Zestigerstijd wel echt poëzie had geschreven.  Zijn eerste bundeltje, met de treffende titel Schaars licht, verscheen pas in 1979, meer dan tien jaar na het belangrijkste werk van de andere Zestigers. Behalve recent werk bevatte het boekje ook gedichten uit de jaren zestig, maar het waren er wel heel weinig. In 2004, vijfentwintig jaar later, verscheen vervolgens Vermiste stad, een bundeltje ‘Rotterdamse kwatrijnen’. Sleutelaar is dan inmiddels een traditionele, rijmende dichter geworden.

En nu is er dan Wollt ihr die totale Poesie?  Deze bundeling van ‘korte en zeer korte gedichten’, onlangs verschenen bij uitgeverij De Bezige Bij, bevat min of meer de totale poëtische productie van Sleutelaar. Min of meer, want Sleutelaar heeft nog een aantal gedichten uit zijn eerdere bundels verwijderd. Resteren 51 gedichten, waarvan zes vertalingen.

Veel belangrijker dan de kwantiteit is uiteraard de kwaliteit. Ook een piepklein oeuvre kan onsterfelijke gedichten bevatten. En dat doet het ook. Het eenregelige ‘Gedicht’ uit 1965 bijvoorbeeld, tevens de titel van deze bundel:

Wollt ihr die totale Poesie?

Het verwijst naar de slagzin ‘Wollt ihr den totalen Krieg?’ van Joseph Goebels, de propagandaminister van Hitler. Of het latere, eveneens eenregelige ‘Oordeel’:

Het leven veinzend, ging hij er aan voorbij.

Mooi is ook ‘Dood van een dichter’:

Gisteren kwam ik ongevraagd te weten
hoe Kees Buddingh’ is doodgegaan.

‘Door niets of niemand bijgestaan,
de zusters waren hem vergeten.’

Hij rukte ’s nachts, door iets bezeten,
de plastic slangen van zijn armen.

‘Toen is hij domweg uitgeteerd en
’s morgens bleek hij gecrepeerd.’

Ik heb Kees lang geleden goed gekend.
De ouwe rot, bij wie ik mij kwam warmen.

Dan, op een toon die rekent op erbarmen:
‘Hans, je had hem nauwelijks herkend.’

En zo is er nog wel het een en ander. Al is zijn poëtische bijdrage aan het werk van de Zestigers beperkt en was hij meer de propagandaminister en klusjesman van de groep, helemaal mythisch is het dichterschap van Hans Sleutelaar dus zeker niet.

1

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Ton van der Molen

Gesponsord

Deze thriller trekt je razendsnel mee in een complot met onbetrouwbare staatslieden met hun eigen agenda's, internationale conflicten en hoogoplopende bedreigingen voor de samenleving.