Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Een misleidende titel, een misleidende cover…

Wil 26 juni 2019
Geen poezelige feelgood, maar ook geen catfight zoals in het vooruitzicht gesteld op de achterflap: “Wanneer Fauve verliefd wordt op de man van Severine, staan de vrouwen voor de zoveelste keer oog in oog. Blijft het bij blazen of scherpen ze de klauwen?”
Misschien heb ik niet nauwkeurig genoeg gelezen, maar hun ontmoetingen waren te tellen, en waren niet spannend of gevaarlijk, met welgeteld een paar halfslachtige meppen van Fauve op de (meestal dronken) kop van Severine.
Blz 380: “Fauve sloeg me weer in het gezicht, het leek een traditie wanneer onze wegen elkaar kruisten”. Er waren andere oorzaken waardoor deze tweede roman van Ellen Verstrepen toch niet bij iedereen in de smaak viel en de lezer zich misleid voelde.

Ondanks het zeer verschillend milieu waarin ze opgroeien hebben de beide dames, nu twintigers in het boek, toch wel raakvlakken. Ze hadden niet alleen dezelfde “lovers”.
Beiden groeien ze op in een vaderloos gezin, Severine met een moeder die “verslaafd is aan mannen, drugs en zetelhangen”, de vader was “een laffe aap in de bak” en de drie kinderen had ze liever nooit gezien. Zo handelt ze ook. Hun kindertijd/schooltijd was een hel. De vreselijke beschrijvingen in geuren en kleuren die Ellen Verstreepen geeft van haar ma (op school de furie genoemd) zijn zeer plastisch. De lezer gaat er zelf bijna van “over de nek”. De nette versie: “een tableau vivant van een stilleven”. Severine wil niet zo worden als haar moeder en denkt haar eigen leven volledig te kunnen plannen. Coûte que coûte….!
Fauve, daarentegen, komt uit een gegoed milieu, met een gerenommeerd psychiater als moeder, een oma bij de Hare Krishna, een inwonende opa die vroeger onderwijzer is geweest en die popelt om Fauve ook te onderwijzen. De vader was een patiënt van haar moeder, een lafaard, zoals die van Severine, en al vertrokken tijdens de zwangerschap, zonder een spoor achter te laten, ergens richting Oostblok. Fauve zegt zelf: “Ik heb niets gemist, ik had mijn opa”. Maar ze heeft ook continu last van verlatingsangst. Na een ongeluk als kind met haar fietsje is er iets mis gegaan: “het angstbeest dat later zijn klauwen in mijn hele leven zou zetten was in mijn lijf gekropen en lag toen al ergens diep in mij te soezen”.

Het hele boek verhaalt slechts één dag uit het leven van Severine en Fauve en is dus één grote en lange flashback. 430 bladzijden lang. Dat was voorin het boek al te lezen als vierde verklaring van het woord “Kattentijd”.
Het perspectief in de terugblik alterneert. In het ene hoofdstuk vertelt Severine, in het volgende is Fauve weer aan het woord. Helaas gaat deze terugblik per hoofdstuk niet chronologisch; er wordt driftig heen en weer gesprongen in de tijd. Deze schrijfwijze werkte erg verwarrend, vooral ook door de raakvlakken en de dezelfde namen/mannen.
En, niet te vergeten, de vele, vele, voorvallen, ontmoetingen en extreem nare, gewelddadige gebeurtenissen met mensen (bv zwervertje pesten, grove mishandeling) en meegemaakt opzettelijk dierenleed die tot in het miniemste detail verteld werden, maakten dat het lezen moeizaam werd. Het was inderdaad doorbijten, zorgde voor een gevoel van onbehagen, soms misselijkheid dat nog versterkt werd door het vaak groffe taalgebruik. Het was “too much”. Misschien dat ook de ontelbare, echt Vlaamse woorden en uitdrukkingen wat negatief kunnen werken. Je moet ze soms opzoeken. Persoonlijk vond ik dat een verrijking. Ik heb er veel geleerd, al waren ze wel vaak op het hellende vlak. “Ik was er niet door van mijn melk”.

Ellen Verstrepen is een talentvolle schrijfster, dat staat buiten kijf. Ik heb vele rake, mooie beschrijvingen gelezen en genoteerd. Maar ik denk dat haar nog jonge schrijvershoofd overloopt van geweldige schrijfideeën en meesterlijke plots voor nog te schrijven boeken. Maar deze hoeven niet allemaal in één boek gestopt te worden, zoals nu het geval was.
Het einde van het boek “Kattentijd”, een soort ontknoping, was verrassend maar ongeloofwaardig, in mijn ogen zelfs krampachtig. De verhaallijnen hadden op die manier niet bij elkaar hoeven te komen. Beter was wellicht geweest om twee boeken of twee verhalen te schrijven over deze twee zoekende twintigers met als eindconclusie dat een goed milieu en een goede opvoeding niet noodzakelijkerwijs leiden tot een succesvol en fijn leven. Geen vervlochten levens… En ach, een beetje geweld kan wel, maar niet alleen maar…
Ik heb me voorgenomen (als ik tijd over heb…) Kattentijd nog eens te herlezen, maar dan eerst de hoofdstukken van Severine achterelkaar en vervolgens die van Fauve en ik ben heel benieuwd of ik dan tot een andere conclusie/waardering kom.
Misschien komen we Severine en Fauve nog eens tegen in een volgend boek. Een kat heeft immers negen levens. En ze zijn dan hopelijk ouder EN wijzer geworden.

Mooie citaten:
Blz. 90: een definitie van angst (Fauve). “Angst is iets komieks. Het begint zo klein en onschuldig, net zoals de distels in mijn tuin ooit als een klein verdwaald zaadje gestart zijn. Maar in tegenstelling tot onkruid, is angst niet te verdelgen of te besproeien. Lang geleden, toen ik nog moeite deed om het mensen uit te leggen, was de volgende metafoor mijn beste poging: mijn brein was als een grote pot witte verf. Ooit heeft iemand daar een druppel zwarte angst in laten vallen. Wat ik ook doe, hoe hard ik ook probeer, de verf zal nooit meer wit zijn. In het beste geval blijft het bij een spikkeltje zwart in een zee van wit, maar het leven roerde en ik zal nu vanbinnen voor altijd grijs zijn, in veel meer dan vijftig tinten.”

Hilarisch was de eerste seks van Severine. “Ik had toch wat steken laten vallen in mijn voorbereidingsfase. Ik had mijn benen geschoren, mijn schaamhaar getrimd en was voorbereid op alle soorten pijntjes. Waarmee ik echter geen rekening had gehouden was de bedwelmende geur van zure bananenyoghurt (condoom) en het feit dat er van mij misschien ook wel wat verwacht werd, bewegingsgewijs. Ik zat vast in een poging het midden te vinden tussen een dode biefstuk en een terdoodveroordeelde nymfomane met een tot haar verrassing ingewilligde laatste wens…”

Blz. 175: wachtend op het verdict over haar gezondheid, zegt Severine: “Ik werd vrijgelaten in de hel van onzekerheid. Ik kon niemand knuffelen.” Schrijnend moment.

Treffende vergelijkingen:
Blz. 225: “Marie heeft het sociaal inzicht van een garnaal”
Blz. 230. Dezelfde Marie, na het aanhoren van het borstkankerverhaal: “Zorg goed voor jezelf… Ze prevelde nog een en ander terwijl ze aan de tuindeur stond te wrikken om vervolgens als een pas geloste duif weg te schieten”.
Heel beeldend!

Mijn waardering is drie sterren. Vier is toch net te veel. De overheersende somberheid en grof taalgebruik doen afbreuk.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Wil