Losse eindjes

Als ik terugblik op 2017, dan moet ik vaststellen dat ik een beetje een luie lezer was. Ik maakte me schuldig aan een fenomeen waaraan ik me vroeger zelden bezondigde: ik begon aan een boek en liet het dan links liggen. Want er was een ander boek dat lonkte. Of er wachtte een recensie-exemplaar. Of ik begon gewoon aan twee, drie boeken ineens (keuzestress).
Hoewel ik hier zelf uiteraard de grote schuldige ben, zijn er toch een paar factoren die dit nieuwe fenomeen in de hand gewerkt hebben: boeken zijn er tegenwoordig in allerlei formaten! Zo startte ik een e-boek op mijn telefoon en e-reader, begon ik een boek te beluisteren op de Hebban-luisterapp en slingeren er ook nog een paar papieren exemplaren rond.
Venetië op de valreep
De schaduw van Lucifer het ik net uit. Die lag al zó lang te wachten dat ik me er schuldig over begon te voelen. De bladeren beginnen zelfs al te verkleuren. Omdat Hebban met het lumineuze idee kwam een Nationale (en dan zie ik, als Vlaamse, de grens maar als een taalgrens en geen landsgrens) Uitleesweek. Ik was het David Hewson verschuldigd dit boek voorrang te geven. Blij dat ik dit gedaan heb. Mijn recensie vind je hier.
Beest in bed
Op school hebben we het over sprookjes en daarom schafte ik me, vorig jaar, Beest in bed van Marita de Sterck aan. Dit boekje doet een poging de oerversie van negen volkssprookjes terug te halen. Marita de Sterck geeft hierbij een degelijke achtergrond. Ze begint met wat je ‘de geschiedenis van het sprookje’ zou kunnen noemen en legt haarfijn uit waaraan sprookjes hun Disneykarakter te danken hebben. Ze heeft het over ‘de verkleutering’ van de volkssprookjes. Daarna volgen de beloofde oerversies (of wat die oerversie zo dicht mogelijk benadert). Tot slot volgt bij elk volkssprookje nog een aantal pagina’s duiding. En daar ben ik nu aanbeland. Het boek is razend interessant. Daaraan ligt het dus zeker niet. Alleen piept er tussen die non-fictie boeken toch altijd ook een fictief boek dat schreeuwt om aandacht.
Netflix en een winactie
Mindhunter van John Douglas en Mark Olshaker won ik bij Hebban. Ik bekeek onder het strijken de reeks op Netflix en stortte me toen op het boek. Mindhunter kan je nu niet bepaald fictie noemen, maar je zou willen dat het wel zo was. John Douglas vertelt in dit boek hoe daderprofilering bij de FBI ontstaan en in de loop der jaren geëvolueerd is. Razend interessant. Heb ik alleen even aan de kant gelegd voor de Nationale Uitleesweek. Ik vrees dat deze de eindmeet van 2018 net niet meer zal halen.
Wachten = lezen
Waarom zou je tijd verspillen aan wachten als je ondertussen een boek kan lezen. Meestal zeul ik dus een boek mee in mijn handtas, maar als dat eens niet het geval is, dan heb ik altijd nog mijn telefoon bij de hand. Daarop (en op de e-reader) ben ik ondertussen Waar is ze van Alex Marwood aan het lezen. Blijkbaar boeit het verhaal mij voorlopig niet genoeg om erin verder te lezen als ik niet aan het wachten ben. Of zou het net andersom zijn: dat ik moeilijk in het verhaal kom omdat er ondertussen nog andere door mijn hoofd spoken? Tijd brengt raad.
Op diezelfde e-reader staat ook Anna Karenina nog te wachten. Ik stapte vol goede moed mee in de leesclub rond dit meesterwerk van Tolstoj, maar haakte halverwege af. Het tempo was voor mij op dat moment moeilijk te volgen en voor ik het wist lonkte alweer een recensieboek.
Klussen = luisteren
En dan zijn er nog de was en de plas. Wat is er leuker dan het huishouden doen terwijl je naar een boek kan luisteren. Dat zijn nog eens twee vliegen in een klap. Hebban trakteerde ons in de luisterapp op Enter van Willem Asman. Als ik hiervan het einde nog te weten wil komen, dan zal dit mijn laatste boek van 2017 worden. Maar dan moet ik nu wel stoppen met schrijven en beginnen met luisteren.
Mijn reading challenge 2018? Tegen eind januari wil ik van die beschuldigende vingers van deze boeken af.