Met de handen in het (honden)haar!
Sinds zeven weken ( ja een heilig getal) verkeer ik in een soort leesdipje. Ik lees nog wel maar tot mijn grote verbazing zijn het voornamelijk non-fictie boeken die in mijn handen belanden. Meestal niet voor lang want een blond harig wezen weet me al weer snel zover te krijgen om het boek weer weg te stoppen. Of te verstoppen. En doe ik het niet, dan doet hij het gewoon zelf. Lekker puh.
Het harige blonde wezen heeft amberkleurige ogen en loopt, meestal dan, op vier poten. Als hij de keuken betreedt dan strekt hij zijn lijf uit en loopt op twee poten verder. Daarbij maakt hij wat vreemde geluiden die je zou kunnen aanduiden met snufgeluiden. Eerst dacht ik dat hij verkouden was, maar toen mijn knäckebroodje met olijvensalami toch echt van mijn bord verdwenen was, wist ik wel beter. Ik had te maken met een dief die het op mijn voedselvoorraden voorzien had.
Natuurlijk zette ik gelijk de achtervolging in maar de buit was al verorberd en een zwiepende staart vertelde me dat de dief het wel een leuk spelletje vond. Dat vond ik dan toch weer niet zo leuk. De dief was nog lang niet klaar met zijn acties. Hij bedacht dat het leuk was om op de bank te springen, over de rugleuning te lopen en kussens te slopen. Het eindigde ermee dat er in mijn delicate vlees gehapt werd terwijl de onverlaat de kleding van mijn lijf rukte.
Het heeft even geduurd voor ik snapte waar deze jonge blonde god vandaan kwam. ( Ja hij is echt duizelingwekkend knap). We spreken namelijk niet dezelfde taal. Hij is afkomstig uit Roemenië, hij heet Varoesj maar is gelukkig niet verwant aan Vlad de Spietser. Tenminste, dat zegt hij. Af en toe heb ik daarover mijn bedenkingen, hij bijt mij namelijk wel heel graag en wordt er best opgewonden van. ( Nee, niet zo! Hij is wel gecastreerd! ) Bovendien komt hij uit een stad aan de voet van de Karpaten waar ook Kasteel Bran staat. Dat lijkt wel heel erg veel op het kasteel van Dracula. Hij beweert echter een Roemeense asielzoeker te zijn die geen kwaad in de zin heeft. Ik geloof hem op zijn amberkleurige ogen.
Hij heeft in zijn eentje rond gezworven en zijn eigen kostje bij elkaar gescharreld. Zijn ouders hebben hem al vroeg in de steek gelaten, dus heeft hij geleerd dat alles eetbaar is. Wij weten wel beter. Vullingen van Ikea knuffels moet je niet doorslikken maar dat weet hij natuurlijk nog niet. Dus zweet ik peentjes en hoop dat het via de natuurlijke weg zijn lichaam zal verlaten.
Varoesj had geen eigen spulletjes en geen plaats waar hij naar toe kon gaan. Daarom pakte hij zijn knapzakje op en vertrok naar Nederland. Het vergt wel wat moeite om zich hier aan te passen en dus is een inburgeringscursus noodzakelijk. En ook een goeie stofzuiger natuurlijk. Want voordat hij hier kwam lag in de Karpaten nog sneeuw. Na zeven weken zomerse hitte is de stofzuigerzak vol en de hond lijkt vreselijk te zijn afgevallen. Maar dat is maar schijn. Wanneer hij met zijn tien en een halve kilo op je buik springt terwijl je lekker op de bank ligt, laten de blauwe plekken het ware verhaal zien. Bovendien zijn de plakrollen niet aan te dragen, mijn kleding zit onder het hondenhaar. Ik overweeg serieus om het allemaal te laten zitten en rond te bazuinen dat dit nu de nieuwe vachtjeslook van Fall 2018 wordt waarbij wassen niet nodig is. Ideaal bij watertekort.
De inburgeringscursus is hard nodig want ik zat met de handen in het hondenhaar. Varoesj moet nog alles leren. Zo mag hij niet op tafels staan en ook niet in mensen bijten. Ik heb echt van alles geprobeerd. De boeken van Martin Gaus heb ik even ingekeken maar weer snel weggelegd. Dat werkte niet. Toen weer de dvd’s en boeken van Cesar Millan erbij gepakt. Dat ging al wat beter maar ook dat werkte niet. Vervolgens heb ik via de noodopvang gedragskundige Liz Wolting geraadpleegd en haar boek Natuurlijk in balans met je hond gekocht. (Oh ja, Varoesj is dus een hond, dat was ik even vergeten te vertellen! ) Hij moest meer slapen want hij was overprikkeld. Ja, dat had ik zelf ook al gemerkt. Hij werd wel moe maar weigerde te slapen. ’s Nachts wilde hij na veel gedoe nog wel in zijn bench maar overdag lukt het voor geen meter. De bench wordt gesloopt en moet iedere keer opnieuw uitgedeukt worden. De matjes worden verscheurd en de doeken die eroverheen liggen, worden belaagd en naar binnen getrokken. Zelfs knoflook hielp niet. Meneer was overprikkeld en is dat nog steeds heel snel.
Gelukkig heb ik een modus operandi gevonden. Bij Tovenaar Welkoop vond ik een magische spray met feromonen. Dat bleek een gouden vondst. Één spraytje en meneer slaakt een zucht, een teken om snel een kluif te pakken en hem te laten knagen. Daarna gaat hij zelf liggen. Hoera!
Ook in de auto is hij niet meer zo bang en wordt hij niet meer ziek.
Alleen de benchtraining overdag wil nog niet lukken. Dat betekent dat ik hem nog niet alleen kan laten en dus ook niet zonder hem naar de boekhandel kan. Gelukkig mag hij mee naar binnen bij Dekker van de Vegt en zo hebben we samen toch nog twee boeken weten te scoren!
De gelukkige exemplaren waren Borne van Jeff vanderMeer en Het vijfde seizoen van Jemisin.
Nu hopen dat Varoesj begrepen heeft dat hij ze niet mag markeren.
En verscheuren mag ook niet. Foei!
Dan gaan we nu samen lekker buiten bakken in de zon en boekjes lezen. En hem leren dat ie niet aan mijn jurk mag sabbelen.