In dit tweede deel van Achter een Gentse gevel is het decor opnieuw de wijk van de Heuvelpoort.
Deels ‘tombeau’, deels humoristisch relaas van een opgroeien, wordt een mooi evenwicht bereikt
tussen lach en traan. Hij neemt de lezer mee op reis door het leven en denken van een Gents middenstandsgezin, en vertelt gevoelvol hoeveel er te beleven valt op een paar vierkante meter.
Tussen de herinneringen door vraagt de auteur zich af wat stadscultuur nu echt inhoudt en wat het betekent om een heel leven in dezelfde buurt te wonen.
Deels ‘tombeau’, deels humoristisch relaas van een opgroeien, wordt een mooi evenwicht bereikt
tussen lach en traan. Hij neemt de lezer mee op reis door het leven en denken van een Gents middenstandsgezin, en vertelt gevoelvol hoeveel er te beleven valt op een paar vierkante meter.
Tussen de herinneringen door vraagt de auteur zich af wat stadscultuur nu echt inhoudt en wat het betekent om een heel leven in dezelfde buurt te wonen.