We hebben een paar inleidende, opwarmende vragen gehad, maar vandaag gaan we gewoon de koe bij de horens vatten (weet iemand een uitdrukking met een paard die hetzelfde betekent?). We gaan het hebben over het hoofdpersonage. Probeer schrijfstijl hier nog even buiten te laten, maar focus je echt op het hoofdpersonage.

Vraag 3: 

a. Je mag één woord gebruiken om het hoofdpersonage te beschrijven. Welk woord gebruik je dan?

b. Vond je dat er doorheen het verhaal een ontwikkeling te voelen was in het karakter van Gili? Of bleef hij doorheen het hele boek een beetje hetzelfde? 

c. Stel je voor, Gili is jouw beste vriend. Waar zou je hem absoluut om complimenteren, naast zijn fantastische paardrijkunsten? En waar zou je met hem wel eens een diepgaande discussie over willen voeren, of hem eventueel streng over willen toespreken?