Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×

Fake nieuws! - Karin Hazendonk

op 27 februari 2019 door

Op nieuwsjaarsdag deden wij op onze Facebookpagina een oproep aan jullie om ons zoveel mogelijk steekwoorden voor te stellen. Uit alle genoemde woorden zijn er tien geselecteerd, waarmee auteur Karin Hazendonk in de voorbije weken een verhaal heeft geschreven. Vandaag is het moment dat het eindresultaat aan jullie gepresenteerd kan worden. De tien gekozen steekwoorden zijn onderstreept. 

Genieten jullie mee van dit korte verhaal? 

Fake nieuws!

Al eenendertig jaar is mijn rolstoel een deel van mijn lichaam. Moeder natuur heeft een vreemd spel met mij gespeeld. Tot aan mijn derde jaar groeide alles naar behoren en ik was, volgens de verhalen van mijn moeder, een ondernemende, kerngezonde peuter.

            Ik werd ouder, maar mijn benen bleven drie jaar oud en de eerste rolstoel kreeg ik op mijn zesde verjaardag. Waar andere kinderen verlangden naar het nieuwste speelgoed, kreeg ik een stuk mobiliteit en dat was het mooiste cadeau dat ik me kon wensen.

            Op mijn twintigste kreeg ik opnieuw een klap te verduren. Na een flinke griep liet mijn gehoor het afweten en vijf jaar later was ik geheel doof, maar ik was sterk genoeg om me daar ook doorheen te slaan en ik leerde ermee leven.

            Mijn ouders stierven door een ongeval tijdens de vakantie waar ze jaren naar hadden uitgekeken en ik … ik moest op stel en sprong volwassen worden. Opeens was ik alleen en moest ik beslissingen nemen. Ik verkocht het ouderlijk huis waaraan te veel herinneringen kleefden en woon sinds twee maanden in Hollum, wat mij betreft het mooiste dorp van Ameland.

 De veerboot zou om halftien aanmeren. Met de auto was het nog een kwartier rijden naar mijn huis, maar dat zou wel iets langer duren door de sneeuw die de afgelopen nacht was gevallen. Ik zag de sporen die Karel, mijn rode kat, daarin had achtergelaten. Beledigd door de onverwachte kou onder zijn poten lag Karel nu op de vensterbank waar de warmte van de verwarming doorheen drong.

            Ik wachtte op de domoticaspecialist die mijn leven een stuk aangenamer zou komen maken. Aanpassingen waardoor ik door lichtsignalen kon horen wanneer de bel ging of wanneer ik een e-mail ontving. Over een paar uur kon ik via een afstandsbediening de verwarming bedienen en het licht aan- of uitdoen. Het mooiste was wel de telefoon die een gesprek omzette in geschreven tekst op mijn laptop. Het leek futuristisch, maar het was echt mogelijk.

            Ik bleef uit het raam kijken. Het was helder en in de verte zag ik de vuurtoren als een statige dame staan. Ik weet nog goed dat ik er in mijn jeugdige fantasie een torenkamer van maakte waarin een boze tovenaar me had opgesloten. Ik moest op een spijkerbed slapen en ik kreeg alleen brood met aardbeienjam. Een knappe prins redde mij, we trouwden en ik kreeg zes kinderen. Mijn afkeer van jam is nooit verdwenen, de fantasie wel, want ik ben nooit de man tegengekomen die met mij en mijn handicaps wilde leven.

 Er stopte een witte bus voor de deur. Een man stapte uit, hij keek een moment naar het raam waar ik stond, zwaaide en liep verder om de achterdeuren te openen. Ik zwaaide terug, maar ik geloof niet dat hij dat zag. Ik rolde door de brede gang om de voordeur alvast voor hem te openen.

            Even later liep hij het tuinpad op met een grote doos in zijn handen. Hij zette hem op de grond, keek als iedere andere volwassene op me neer en stak zijn hand uit. ‘Goedemorgen, Chris Scheltema.’

            Ik schudde zijn hand en stelde me ook voor. ‘Mieke Gramsma, aangenaam,’ en ik vroeg of hij trek had in koffie of iets anders. Ik hoopte dat hij me kon verstaan.

            Ik zag dat zijn mond het woord koffie vormde. Hij zei nog iets, maar dat kon ik niet meer volgen, want hij draaide zich om en liep terug naar de bus dus ik veronderstelde dat hij nog meer moest pakken.

            De kou drong door de open voordeur naar binnen en ik rilde. Opeens voelde ik me nerveus worden. Ik was nog nooit alleen met een vreemde man in huis geweest. Stel je niet aan, berispte ik mezelf. Die man komt je leven mooier en makkelijker maken.

 Toen ik met de koffie – het kleine dienblad paste net op mijn schoot – terugkwam in de woonkamer stond hij bij het lage dressoir en had de foto van mijn ouders in zijn hand, die was genomen vlak voordat ze aan hun noodlottige reis begonnen.

            Ik bekeek zijn gezicht en profil en kwam tot de conclusie dat hij verdomd knap was met zijn donkerbruine, golvende haar, blauwe ogen en strakke kaaklijn. Hij was niet mager, maar zeker niet te dik.

            Een verlangen dat mij vreemd was, stroomde door mijn lichaam. Met bevende handen zette ik het dienblad op de lage salontafel. Ik had nog nooit … Verder dan een vriendschappelijke kus op mijn wang was het nooit gekomen.

            Hij ging zitten. Zijn lange benen strekte hij voor zich uit. Hij pakte het fragiele kopje in zijn grote hand en dronk het in twee ferme slokken leeg.

            Hij stond op. ‘Ik ga maar eens beginnen.’

 Mijn gedachten waren rationeler dan ze ooit waren geweest. Ik was smoorverliefd op een man die ik tot een half uur geleden nog nooit van mijn leven had gezien en ik zou hem dwingen om ook van mij te houden. Ik deed de voor- en achterdeur op slot. Dat zou hem niet tegenhouden, besefte ik meteen en niet voor het eerst vervloekte ik mijn situatie die een normaal leven in de weg stond.

            Ik reed naar de keuken, ik bleef een ogenblik nadenkend bij de keukenla zitten en vroeg me af of ik voldoende kracht zou hebben om hem met een mes in bedwang te houden. Hij was zoveel sterker dan ik. Verrassing. Het woord schoot in mijn gedachte. Ik moest hem verrassen. Ik pakte een handzaam, maar vlijmscherp mes uit de la en verstopte dat aan de zijkant van mijn rolstoel. Ik voelde de kou van het lemmet door mijn blouse heendringen en wachtte geduldig tot het staal mijn lichaamstemperatuur had aangenomen.

 Hij stond in de slaapkamer naast mijn bed en verplaatste de boeken die ik van de bibliotheek had geleend. Hij stond voorovergebogen om het laatste schroefje vast te draaien. Vanaf vandaag zou ik, ook wanneer ik in de slaapkamer was, een signaal kunnen zien als de bel ging.

            Ik zette mijn rolstoel naast hem en hij glimlachte naar me.

            Het mes drong verrassend makkelijk door zijn T-shirt en ik voelde maar een klein beetje tegenstand toen ik zijn huid doorboorde en het mes dieper in zijn zij stak. Ik zag hoe hij zijn mond opende en ik stelde me voor hoe zijn kreet zou klinken.

            Hij viel ruggelings op mijn bed en daardoor werd het mes uit zijn lichaam gedrukt. Verbaasd keek ik naar de rode druppels die ervan af dropen.

            Het klopte niet, er was veel meer bloed dan ik verwachtte. Zijn ogen draaiden weg, ik zag alleen nog het wit van zijn oogbollen, totdat zijn oogleden er trillend overheen sloten.

            Dit was helemaal fout. Ik wilde dat hij me zou kussen, me zou liefhebben, maar het enige wat hij deed, was mijn nieuwe dekbedovertrek besmeuren.

            Ik kon niet meer terug. De gedachte dat ik de rest van mijn leven opgesloten zou zitten, benam me bijna de adem. Ik rolde naar de ouderwetse linnenkast waar ik onderin grote badlakens bewaarde. Ik trok de stapel eruit en ik slikte mijn verwarring weg toen ik de roze duikbril zag die ik op een zomerse dag aan het strand van mijn vader had gekregen. De herinnering drong zich opeens aan me op. Ik was drie en ik was nog normaal ...

 Mijn verhaal was simpel. Ik had hem binnengelaten en was zelf weggegaan. Mijn verklaring dat ik vanwege mijn handicaps bang was om alleen en hulpeloos met een man in huis te zijn, werd geslikt als zoete koek. Iedereen op het eiland kende mij en hij was een vreemde van het vasteland.

            Het onderzoek naar de man die onder fleurige badlakens, maar met opengesneden keel op mijn bed lag, stierf een snelle dood.

            Maanden later zag ik een gedeeld bericht op Facebook van een of ander sensatiekrantje. Pleegt gehandicapte de perfecte moord?

            Het commentaar dat onder het bericht stond, bracht een glimlach op mijn gezicht. Fake nieuws!

Wat vinden jullie van dit verhaal? Laat het ons gerust weten.

Veel leesplezier, 
Gert, namens de Thriller Club 



Reacties op: Fake nieuws! - Karin Hazendonk

Meer informatie

Gerelateerd

Over

Karin Hazendonk

Karin Hazendonk

Karin Hazendonk (Utrecht 1961) raakte al op jonge leeftijd gefascineerd door boe...