Een liefdesverklaring aan fictie, verzonnen levens en bibliotheken
Sinds Mio’s dood woont Ruth met hun zoon aan zee. Ze werkt voor het mysterieuze ‘agentschap’, waar ze klanten helpt hun publieke imago te manipuleren met verzonnen verhalen. Haar zoon weet niets over zijn vader. Hij is veilig.
Tot Ruth een schijf vindt die schittert als goud. Ze herkent meteen Mio’s stem, die dood zou moeten zijn…
‘Simpelweg de beste roman die ik dit jaar heb gelezen.’ – Expressen
‘Een indrukwekkend werk vol politieke en existentiële intriges.’ – The Wall Street Journal
Over Ze zullen verdrinken in hun moeders tranen:
‘Provocerend en relevant.’ – De Standaard