Winter 1899. De Engelse broodschrijver Evelyn Dolman trouwt met Laura Rensselaer, de dochter van een rijke Amerikaan. Laura en haar vader krijgen een raadselachtig conflict en Evelyns hoop om een aanzienlijke erfenis te bemachtigen lijkt vervlogen.
Wanneer het stel in Venetië aankomt voor een verlate huwelijksreis naar Palazzo Dioscuri – het oude familiehuis van de charmante maar verraderlijke graaf Barbarigo –, wordt het geconfronteerd met een reeks spookachtige gebeurtenissen, die Evelyns toch al gespannen zenuwen helemaal op scherp zetten. Is het de uit de zee opdoemende mist die over de drijvende stad hangt, of is hij gek aan het worden?
