Als Charlotte door het huis dwaalt, roepen geuren, kleuren en geluiden herinneringen op. Het lijkt of de muren kunnen praten en ze hoort de stem van haar grootmoeder fluisteren in de bladeren van de appelboom.
Maar het huis verbergt ook een duister geheim waar niemand over praat. Zelfs haar schoonmoeder, die bij hen woont, weigert haar dingen te vertellen. Waarom is ze door haar grootouders opgevoed? Het laat Charlotte niet los.
Ze merkt dat de geesten van de overledenen voortleven in de herinnering van de levenden. De dingen die vroeger gebeurden worden steeds levendiger. Moet ze de herinneringen aan haar kinderen vertellen, zodat ze van generatie op generatie levend blijven?
