Mijn eerste frietgedichten verschenen in 1981 in het bundeltje Frieten bakken. Daarop ontdekte ik nog andere ontvankelijke onderwerpen, en produceerde verzen over een voorhistorisch monster, sigaren, vrouwenondergoed, de strooiweide en Brigitte Bardot. En niet te vergeten het dichterschap zelve. Waarop mijn uitzendkracht Jacob Knödel nog een knödelcyclus toevoegde over de hedendaagse kunst. Kortom, een onbepaald allegaartje, hier samengebracht onder de noemer Fritto misto. Voor de ollekebollekesliefhebber nam ik nog een tiental specimens op die niet figureerden in België-Zwitserland of Gammal porträten, fö?, maar toch ook verzonden werden aan ons aller onevenaarbare Drs. P.