Tot de twee door omstandigheden op elkaar botsen en aan een bizarre bedevaart beginnen. Ze krijgen dan nog het gezelschap van de jonge Kahn, ‘een mens vol littekens, onzichtbaar voor het blote oog’, zoals Lodewijk hem omschrijft. Maar Kahn blijkt net wat Erik en Lodewijk nodig hadden om hun verwende levens in het juiste perspectief te plaatsen. Als dat maar goed afloopt.