Over de afloop alleen dit: een half jaar nadat Robyn Davidson vertrok, bereikte ze de westkust van Australië en kon ze haar kamelen laten baden in de Indische Oceaan.”
De motivatie van Robyn Davidson om 2500 kilometer door de Australische woestijn te reizen met als enig gezelschap vier kamelen en een trouwe hond, is niet onder één noemer te vangen. Maar ze werd geleid door iets wat zo sterk was dat ze het zelf misschien niet eens kon bevatten. Davidson werd tijdens deze onherbergzame tocht op een indringende manier geconfronteerd met haar eigen woede en wanhoop, met racisme en vrouwenhaat en de vreemde combinatie van ruigheid en schoonheid van het desolate Australische landschap.
