In de slotfase van de Tweede Wereldoorlog, vlak na de verschrikkelijke nederlaag bij Stalingrad, doet ook in het kleine Duitse stadje Lieblingen het cynische gezegde de ronde: 'Laat ons van de oorlog genieten - de vrede zal vreselijk zijn.' Twee hoge officieren van de Wehrmacht en de SS hebben het met de fanatieke burgemeester van Lieblingen op een akkoordje gegooid. De champagne stroomt rijkelijk tijdens de vele wilde feesten en braspartijen. De wondermooie, levenslustige burgemeestersdochter Maleen verleent vrijelijk haar gunsten aan de hoogst biedende. Alle regels van fatsoen en moraal zijn overboord gesmeten. Voor een opstand onder de slavenarbeiders van Barak 12 heeft men geen tijd. Bijna terloops wordt deze bloedig neergeslagen. En zij die slechts willen overleven, zij die nog mensen gebleven zijn in dit eens zo idyllische stadje, hebben geen schijn van kans tegen de brute overvloed aan corruptie, geweld en misdadig elite-bewijstzijn. Maar de onvermijdelijke ondergang van het Duizendjarige Rijk laat niet lang meer op zich wachten. Het uur der vergelding breekt aan.
