Lezersrecensie
Humoristisch avontuur met verrassende diepgang
Een verstoten ridderszoon sluit vriendschap met drie andere verschoppelingen en samen reizen ze naar een andere wereld, bevolkt door magische wezens en legendes. Maar dit magische rijk is meer verbonden met de mensenwereld dan ze weten en de problemen die ze achter zich dachten te laten halen hen al snel genoeg in…
Binnen de kortste keren zat ik erin, in dit verhaal met een rijkdom aan geweldige middeleeuwse details, knullige rijmpjes en gortdroge humor. Het doet soms wat ouderwets aan voor een boek dat in 2019 geschreven is, maar aan de andere kant neemt dat je ook weer mee naar het historische tijdperk waar het verhaal zich afspeelt. En het sarcasme en de rake comebacks laten het af en toe juist weer heel modern aanvoelen.
Het plot en de karakters zitten allemaal goed in elkaar, hoewel in de tweede helft van het verhaal de focus een beetje weg valt. IJsbrand is de hoofdpersoon die we als eerst ontmoeten en het lijkt alsof zijn ontmoeting met heksenkind Wulfhilde de belangrijkste relatie is, met Moenin en Emmeke als bijfiguren die zich later bij hen aansluiten. Maar later in het boek verdwijnt Wulfhilde een tijdlang naar de achtergrond, wat ik jammer vond. Het was me ook niet helemaal duidelijk wat de rol en ontwikkeling van Moenin en Emmeke was in het verhaal, hoewel ik de verwijzing naar Mariken en enkele andere verhalen uit dezelfde tijd wel kon waarderen. Over het einde zal ik natuurlijk niets verklappen, behalve dat het verhaaltechnisch een erg leuke vondst was.
Behalve een spannend ridderverhaal met magie en gevechten zit er ook een gedegen psychologische en filosofische lading in. Er zitten prachtige metaforen tussen, zoals:
"Hij stelt zich een enorm spinnenweb voor, met talloze draadjes die allemaal met elkaar verknoopt zijn. (…) Sommige draadjes trekken hard aan hem, andere helemaal niet.
En hijzelf? Waar is hij? Is hij een gevangen vlieg, die mee moet bewegen met elke trilling van het web, of hij wil of niet? Die alle kanten op getrokken wordt? Of is hij de spin die het web geweven heeft?
Of… is hij het web zelf? De optelsom van al zijn vriendschappen en vijandschappen en verliefdheden, van alles wat iedereen hem geleerd heeft en wat hij anderen heeft geleerd, is dat IJsbrand van Lente?" (p. 312 – 313)
Ondanks dat het over een 16-jarige hoofdpersoon gaat, voelde dit boek meer aan als een kinder- dan een tienerboek. Ik denk dat dat hem vooral zat in het feit dat er erg makkelijk werd gedaan over het genezen van wonden en zelfs afgehakte ledematen. Magie kan een eenvoudige oplossing zijn, maar het neemt een groot gedeelte van de impact weg als de lezer kan aanvoelen dat er geen écht gevaar dreigt. Ik vond dit niet per se storend, zoals je bij een sprookje ook al weet dat het goed afloopt, maar het was wel spannender geweest als er iets meer op het spel had gestaan.
Een persoonlijke favoriet was het Goede Volkje; het elfenrijk is mijn lievelingssetting binnen de fantasy en ik vond dat ze heel goed werden neergezet. Hoe alles hetzelfde lijkt, maar net anders is, tijd, ruimte, de net-niet-menselijkheid ervan… Heerlijk. Slechts één opmerking hier is dat alle karakters, zowel mensen als elfen, dezelfde humor hadden. De droogheid leest lekker door, maar als iedereen het doet wordt het er toch eentonig van. Sarcasme werkt het best als het van één kant komt. En van het Goede Volkje in het bijzonder had ik verwacht dat ze een andere toon of taalgebruik zouden hebben dan de menselijke hoofdpersonen.
Al met al was ‘Wisselkinderen’ een hele plezierige leeservaring. Thijs Goverde heeft nog veel meer boeken op zijn naam staan, dus als ik er nog eens een tegen kom zal ik die niet laten liggen.
Binnen de kortste keren zat ik erin, in dit verhaal met een rijkdom aan geweldige middeleeuwse details, knullige rijmpjes en gortdroge humor. Het doet soms wat ouderwets aan voor een boek dat in 2019 geschreven is, maar aan de andere kant neemt dat je ook weer mee naar het historische tijdperk waar het verhaal zich afspeelt. En het sarcasme en de rake comebacks laten het af en toe juist weer heel modern aanvoelen.
Het plot en de karakters zitten allemaal goed in elkaar, hoewel in de tweede helft van het verhaal de focus een beetje weg valt. IJsbrand is de hoofdpersoon die we als eerst ontmoeten en het lijkt alsof zijn ontmoeting met heksenkind Wulfhilde de belangrijkste relatie is, met Moenin en Emmeke als bijfiguren die zich later bij hen aansluiten. Maar later in het boek verdwijnt Wulfhilde een tijdlang naar de achtergrond, wat ik jammer vond. Het was me ook niet helemaal duidelijk wat de rol en ontwikkeling van Moenin en Emmeke was in het verhaal, hoewel ik de verwijzing naar Mariken en enkele andere verhalen uit dezelfde tijd wel kon waarderen. Over het einde zal ik natuurlijk niets verklappen, behalve dat het verhaaltechnisch een erg leuke vondst was.
Behalve een spannend ridderverhaal met magie en gevechten zit er ook een gedegen psychologische en filosofische lading in. Er zitten prachtige metaforen tussen, zoals:
"Hij stelt zich een enorm spinnenweb voor, met talloze draadjes die allemaal met elkaar verknoopt zijn. (…) Sommige draadjes trekken hard aan hem, andere helemaal niet.
En hijzelf? Waar is hij? Is hij een gevangen vlieg, die mee moet bewegen met elke trilling van het web, of hij wil of niet? Die alle kanten op getrokken wordt? Of is hij de spin die het web geweven heeft?
Of… is hij het web zelf? De optelsom van al zijn vriendschappen en vijandschappen en verliefdheden, van alles wat iedereen hem geleerd heeft en wat hij anderen heeft geleerd, is dat IJsbrand van Lente?" (p. 312 – 313)
Ondanks dat het over een 16-jarige hoofdpersoon gaat, voelde dit boek meer aan als een kinder- dan een tienerboek. Ik denk dat dat hem vooral zat in het feit dat er erg makkelijk werd gedaan over het genezen van wonden en zelfs afgehakte ledematen. Magie kan een eenvoudige oplossing zijn, maar het neemt een groot gedeelte van de impact weg als de lezer kan aanvoelen dat er geen écht gevaar dreigt. Ik vond dit niet per se storend, zoals je bij een sprookje ook al weet dat het goed afloopt, maar het was wel spannender geweest als er iets meer op het spel had gestaan.
Een persoonlijke favoriet was het Goede Volkje; het elfenrijk is mijn lievelingssetting binnen de fantasy en ik vond dat ze heel goed werden neergezet. Hoe alles hetzelfde lijkt, maar net anders is, tijd, ruimte, de net-niet-menselijkheid ervan… Heerlijk. Slechts één opmerking hier is dat alle karakters, zowel mensen als elfen, dezelfde humor hadden. De droogheid leest lekker door, maar als iedereen het doet wordt het er toch eentonig van. Sarcasme werkt het best als het van één kant komt. En van het Goede Volkje in het bijzonder had ik verwacht dat ze een andere toon of taalgebruik zouden hebben dan de menselijke hoofdpersonen.
Al met al was ‘Wisselkinderen’ een hele plezierige leeservaring. Thijs Goverde heeft nog veel meer boeken op zijn naam staan, dus als ik er nog eens een tegen kom zal ik die niet laten liggen.
1
Reageer op deze recensie