Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×

Hebban vandaag

Column /

Vertalersgeluktournee: Roel Schuyt over meedeinen met de woordenstroom

Twintig romans vertaald uit negen talen maken kans op de Europese Literatuurprijs 2021. De prijs bekroont zowel auteur als vertaler(s) van de beste hedendaagse Europese roman die in het afgelopen jaar in Nederlandse vertaling is verschenen. De longlist is samengesteld door 17 boekhandels. Tot aan de bekendmaking van de shortlist eind juni vertellen de vertalers van deze romans over hun werk.

De reparatie van de wereld

Slobodan Šnajder, vertaald door Roel Schuyt

Vera en Kempf hadden elkaar gedood als ze elkaar in de Tweede Wereldoorlog waren tegengekomen. Want Kempf is een Kroaat met Duitse wortels, die bij de SS vocht voordat hij deserteerde. En Vera is een Kroatische communiste, die als partizaan de nazi's bestreed waar ze kon. Ze ontmoeten elkaar pas na de oorlog, worden verliefd en zetten een zoon op de wereld, de verteller van de roman. Maar hoeveel ze ook van elkaar houden, het besef dat ze ooit vochten in twee kampen die elkaar op leven en dood bestreden, wordt steeds moeilijker te dragen.

De reparatie van de wereld is een grote historische roman en een tragische liefdessaga. Hij beschrijft het lot van een vrouw en een man die voor elkaar bestemd leken te zijn. Maar op de na-oorlogse puinhopen van Midden-Europa ontkomt niemand aan de last van het verleden.

Meedeinen met de woordenstroom

Door: Roel Schuyt

De reparatie van de wereld van Slobodan Šnajder (Zagreb, 1948) gaat over de Volksduitser Georg Kempf, wiens voorzaten zich in de achttiende eeuw vestigden in de Kroatische streek Slavonië. Georg staat voor de schrijver Đuro Šnajder (1919-1993), de vader van de auteur. In deze roman zijn veel elementen uit zijn leven terug te vinden, zoals de opkomst van het nationaal-socialisme, de gruwelijkheden van de Tweede Wereldoorlog in bezet Polen en de politieke afrekeningen in het naoorlogse Joegoslavië.

Afgelopen november schreef ik voor Athenaeum Boekhandel een stukje waarin ik inging op de titel, de strekking van de roman en het wereldbeeld dat eraan ten grondslag ligt. Hier gaat het over het plezier dat deze vertaalopdracht mij (en mijn meelezende vrouw) verschafte. Het was heerlijk om te zoeken naar een optimale weergave van de tekst met al zijn stijlkenmerken – zijn afwisseling van lange en korte zinnen, de vermenging van realistische en surrealistische, vaak ook poëtische beschrijvingen – en om alle geografische en historische verwijzingen te checken en waar nodig te verduidelijken. Dat deed ik soms met een eindnoot, zoals bij de drie 'Schwabenzüge' uit de achttiende eeuw, of bij 'Transsylvanië', waarmee niet Zevenburgen is bedoeld, maar elk gebied dat, gezien vanuit Wenen, 'voorbij de wouden' lag. Soms volstond een uitleg binnen de tekst:

Mjesecima već sluša […] Kempf šapat pod krovovima zaselaka u poljskim zabitima: Staljin je u Prahi, na istočnoj obali Visle, zaustavio svoje divizije, niti pola kilometra od njemačkih linija.

Enigszins verwarrend was hier de vorm 'Prahi', die doet denken aan Praha, de Tsjechische naam van Praag. Dat was makkelijk te verhelpen met een terloopse toevoeging:

Al maandenlang […] hoort Kempf onder de daken van de boerenhuizen in afgelegen Poolse gehuchten fluisteren dat Stalin zijn divisies halt heeft laten houden in Praga, een stadsdeel van Warschau aan de oostkant van de Wisła, op nog geen halve kilometer van de Duitse linies. (p. 266)

Sommige vertaalproblemen lijken met het (symbolische) idioom van de auteur verbonden. Het hoofdstuk 'Crna kost' – letterlijk 'Zwart bot' – is genoemd naar een spookachtig tikspelletje, waarin een meisje de griezelrol van 'Zwart bot' speelt. In de Duitse versie wordt 'Schwarzer Knochen' aangehouden, maar op geen enkele Kroatische, Duitse of Nederlandse website is zo’n spel te vinden. Omdat 'Zwart bot' het bloed van kinderen drinkt, kwam ik tot 'Het vampiermeisje'.

U podrumu čeka nas curica koju je zapalo biti Crna kost. - Bu-buuu – viče Kost.
Mi potrčimo do Majke: - Mama, u podrumu je nešto i viče: Bu-buuu – Mi se jako bojimo, mama. - Mi od straha kakimo u gaće.
- Dobro, kukavelji, da ja vidim tko je to u podrumu! Majka nas uhvati za ruke i mi svi idemo u podrum.
- A koja si ti? pita Majka, a mi oko nje dršćemo od strave.
- Ja sam Crna kost.
Majka će na to: - A čije djece piješ krv?
- Tvoje.

In de kelder worden we opgewacht door het meisje dat als Vampiermeisje is aangewezen, en ze roept: 'Boeoehoe!'
Wij rennen naar Moeder toe: 'Mama, er zit iets in de kelder dat "Boeoehoe" roept! We zijn zo bang, mama, we doen het bijna in onze broek!'
'Goed, bangeschijters, laat ik dan maar gaan kijken wie er in de kelder zit!' Moeder neemt ons bij de hand en we gaan met ons allen naar beneden.
'Wie ben je?' vraagt Moeder en wij staan trillend van angst om haar heen.
'Het Vampiermeisje.'
Dan vraagt Moeder: 'Van welke kinderen drink je bloed?'
'Van de jouwe.' (p. 334)

Heel bijzonder is de brief die Georg van zijn weinig schrijfvaardige oom Johann krijgt en waarin elke interpunctie ontbreekt en enkele woorden aaneen staan geschreven:

Dragi sinovče Đuro i svi ostali evo si uze malo vremena davam [=da vam] napišem par reči u ovo Pismo mismo [= mi smo] još živi a sa zdravljem kako sav stari svet a vama želimo isto sve dobro da vas zateče dragi naši rođaci danas smo primili tvoje pismo štosi [= što si] piso…

Zachtjes meedeinend met de woordenstroom kwam ik tot:

Mijn beste neef Đuro en alle anderen ik heb even de tijd genomen om jullie een paar woorden te schrijven we leven nog en het is met onze gezondheid zoals bij alle oude mensen en we hopen dat het met jullie goed gaat beste familieleden we hebben vandaag de brief gekregen die je schreef… (p. 439).

De aaneengeschreven woorden hebben een model in de standaardtaal, zoals de combinaties van ontkenning + presensvormen van 'hebben' en 'zijn': nismo 'we zijn niet', wat doorwerkt in zo’n zinnetje als mismo još živi – 'wij zijn nog in leven > we leven nog'. Door de uiteindelijke vertaalkeuze komt mismo niet woordelijk terug. Het Nederlands kent weliswaar ingeburgerde vormen als 'zo’n', 'heeft-ie' of 'kwee(t)niet', maar 'omjullie', 'weleven' of 'dieje' werken als gekunsteld of als domme tikfouten.

Georg Kempf begint voor zijn dood te hallucineren en zweeft terug naar Sofija, zijn grote jeugdliefde, en ook in zijn gedachtestroom missen we interpunctie, en zelfs hoofdletters:

htio bih ti vidjeti grudi
kad dođe vrijeme
onda ću vidjeti sve
sve ćeš vidjeti kad dođe vrijeme
tko zna kad će to biti
[…]
ne znaš šeprtljo ni otkopčati jesi li već imao ženu dugmad je na unutrašnjoj strani skidaj se šeprtljo s mene što ti uopće radiš na meni

ik wil graag je borsten zien
dat kan als de tijd daarvoor gekomen is
maar dan wil ik alles zien
je zult alles zien als de tijd gekomen is
wie weet wanneer dat zal zijn
[…]
zeg domoor je kunt geeneens een knoop openmaken ben je wel eens met een vrouw geweest de knoop zit aan de binnenkant ga van me af idioot wat doe je eigenlijk op mij (p. 458).

In 'Afscheid en welkom', wordt Georg begraven. Onderstaand fragment begint met een voor Šnajder kenmerkende 'universele uitspraak':

Voor de nabestaanden is een begrafenis een afscheid, maar voor degenen die reeds zijn heengegaan is het een moment om een nieuw aangekomene op te wachten. Hoe minder mensen de dode uitgeleide doen, des te meer gestorvenen hem welkom heten […]

Kempfs begrafenisstoet is korter dan de kist waarin hij ten grave gedragen wordt. Daarentegen hebben veel doden bij de graven eromheen een plekje gezocht, zoals mijn grootmoeder, mevrouw Terezija Kempf, die in een grafmonument zit waarvan de bewoners zo vriendelijk zijn geweest om het hek van het slot te doen (p. 463-464).

En in deze magische sfeer nadert het verhaal over Georg Kempf zijn einde.


De auteur

Slobodan Snajder (Zagreb, 1948) studeerde Engels en filosofie voordat hij zich toelegde op het schrijven – naast proza schreef ook theaterstukken en columns voor de krant. Hij geldt als een van de grootste moderne Kroatische schrijvers; met De reparatie van de wereld beleeft hij zijn internationale doorbraak.


De vertaler

Roel Schuyt (1948) studeerde Slavische taal- en letterkunde en promoveerde in 1990 te Leiden. Hij doceerde aan meerdere universiteiten en Hogescholen alsmede de Vertalersvakschool. Sinds de jaren negentig vertaalt hij een grote diversiteit aan auteurs uit Centraal-Europa, waaronder Danilo Kiš, Dubravka Ugrešić en Borislav Čičovački. In 2011 ontving hij de Aleida Schotprijs voor De nieuwkomers van de Sloveense auteur Lojze Kovačič. In 2017 werd zijn vertaaloeuvre en zijn inzet voor de Balkan-literatuur in Nederland bekroond met de Letterenfonds Vertaalprijs. De reparatie van de wereld van Slobodan Šnajder (Wereldbibliotheek) is zijn vijfde nominatie voor de Europese Literatuurprijs.

Naar het vertalerskanaal



Over de auteur

Nederlands Letterenfonds

22 volgers
0 boeken
0 favorieten
Specialist


Reacties op: Vertalersgeluktournee: Roel Schuyt over meedeinen met de woordenstroom

 

Gerelateerd

Over

Slobodan Šnajder

Slobodan Šnajder

Slobodan Snajder (Zagreb, 1948) studeerde Engels en filosofie voordat hij zich t...

Roel Schuyt

Roel Schuyt

Roel Schuyt (1948) studeerde Slavische taal- en letterkunde en promoveerde in 19...