Blogpost:
Marceline de Waard
LezensWaard, Marceline las -april 2025

Als scheuren in de aarde – Clare Leslie Hall
Dit boek vertelt het verhaal van Beth. Zij neemt de lezer mee naar het Engelse landelijke Dorset van de jaren zestig. Dat doet ze heel intrigerend vanuit twee tijdslijnen. Een die speelt in 1968 en een die aangeduid wordt met ‘vroeger’ en begint in 1955. Beide lijnen beginnen met de komst van Gabriel die woont op het landgoed Meadowlands aan de rand van het dorp. In 1955 woont Beth bij haar ouders in het hart van het dorp. Ze zit dan in haar eindexamenjaar van de middelbare school. Ze is slim en droomt ervan dichteres te worden. Ook hoopt ze dat het wat gaat worden met Frank, de oudste zoon van de schapenboer. Deze hoop verdwijnt naar de achtergrond als ze tijdens een illegale wandeling op het landgoed Meadowlands de zoon des huizes, Gabriel tegen het lijf loopt. Een idyllische zomer volgt en Beth maakt plannen om te gaan studeren. In 1968 woont Beth op de schapenboerderij buiten het dorp en is ze al jaren getrouwd met Frank. Het huwelijk is goed en hecht. Naast hen wonen ook Franks vader en zijn jongere broer Jimmy op de boerderij. Die laatste is een lieve jongen die wat stuurloos is omdat hun moeder overleed toen hij nog jong was. Wat lastig is, is dat hij heeft last van een agressieve dronk. Regelmatig gaat hij uit zijn dak in de pub. Beth en Frank hadden een zoontje, Bobby die inmiddels overleden is. Het was een heerlijk joch, waar iedereen in de familie dol op was. Iedereen mist hem, maar over zijn dood wordt niet gesproken. Dit maakt het verlies voor Beth extra zwaar. En als Gabriel op een dag terugkeert naar Meadowlands met zijn zoontje Leo haalt dit jongetje de herinnering aan Bobby bij Beth omhoog. En hoewel ze weet dat het niet verstandig is om Leo en Gabriel op te zoeken doet ze het toch. Het contact met Leo doet Beth goed. Ze kan met hem over Bobby praten en er is iets in de jongen dat haar troost biedt en ze bouwt een band met hem op. En ook de banden met Gabriel worden aangehaald. Dit tot irritatie van Frank en woede van zijn jongere broer Jimmy. De spanningen op de boerderij nemen toe. Toch kan Beth het niet laten, ook Frank zegt er niks van. Waarom niet? Het evenwicht tussen beide verhaallijnen is heel goed. Ondanks dat wel duidelijk is hoe het vroeger is afgelopen tussen Beth en Gabriel zitten er nog genoeg losse eindjes in de latere lijn die intrigeren: hoe dan en waarom? Het geeft een subtiele spanning en je wil weten wat er precies is gebeurd. De schrijfstijl is ook heerlijk, je wordt meegezogen door Beth die als ik-persoon de geschiedenis uit de doeken doet. Bovendien is er nog een element dat zorgt voor een extra laag. Die begint al in de korte proloog waarvan de eerste zin luidt ‘De boer is dood, hij is dood en iedereen wil weten wie hem heeft vermoord’. De passage is verder raadselachtig geschreven. Beth moet iets zeggen. Maar wat dan en van wie? Je voelt dat er ook iets is wat niet gezegd mag worden. En ook deze spanning komt door het hele boek terug in de vorm van incidentele korte hoofdstukken tussen de twee verhaallijnen in met als kop ‘De rechtszaak’. En deze rechtszaak speelt in 1969, een jaar nadat Gabriel en Leo zich voor het eerst lieten zien op de schapenboerderij van Frank en Beth. Op het laatst komen de gebeurtenissen uit de drie lijnen samen. En ging ik ook steeds meer meeleven met de onmogelijke keuzes waarvoor Beth werd gesteld. Wat is wijsheid en kan dit eigenlijk wel goedkomen? Voor de antwoorden op deze vragen raad ik je aan Als scheuren in de aarde zelf te lezen. Het is een heerlijk boek!
Alles wat blijft – Roberta Recchia
Een Italiaanse roman die je meeneemt naar het Rome van de jaren vijftig en tachtig van de vorige eeuw. Het verhaal start in de jaren 80. Hoofdpersoon Marisa staat in haar zomerhuis bij zee op. Het is de laatste dag van wat het oude leven wordt genoemd. Voor ik hier meer over vertel, is het handig om eerst het beeld van de familie te kennen. Marisa is getrouwd met Stelvio. Ze hebben een zoon en een dochter. De zoon reist als concertpianist de wereld rond. De dochter Betta is zestien. Een mooi en ondernemend meisje. Letitzia, de moeder van Marisa woont bij hen in. Marisa heeft ook een oudere zus: Emma. Zij heeft een rijke man en is een succesvol modeontwerpster. Ook zij hebben een zoon en dochter. Kinderen waar Emma en haar man eigenlijk niet naar omkijken. Ze zitten op kostschool en het is vooral de uiterlijke schijn die telt. Terug naar het verhaal. Nadat Marisa eenmaal is opgestaan, springt het verhaal terug naar het Rome van1956: De dag dat het oude leven begon. Marisa is dan de ongetrouwde jongste dochter van de eigenaar van een goedlopende delicatessewinkel. Ze wordt zwanger van de jongen waar ze al jaren mee is en waarmee ze dacht te trouwen. Hij laat haar zitten. Door haar ouders wordt naarstig naar een oplossing gezocht. Die vinden ze in de stille Stelvio die tot over zijn oren verliefd is op Marisa. Een fatsoenlijke jongeman, maar omdat hij wees is en opgroeide in een kindertehuis heeft hij een mindere sociale positie. Marisa’s ouders geven hem een baan in hun winkel en dringen er bij Marisa op aan met hem te trouwen. Natuurlijk wil ze niet en als haar ouders het mes op haar keel zetten, speelt ze open kaart met hem. Desondanks wil hij met haar trouwen en ze verloven zich. Een reeks dramatische gebeurtenissen zorgt ervoor dat dit anders verloopt dan verwacht. Uiteindelijk trouwen ze wel, maar dan uit liefde. Dan maakt het verhaal een sprong naar 10 augustus 1980. Marisa en Stelvio verblijven in een zomerhuis aan zee met hun dochter en Marisa’s moeder. Daarnaast logeert ook de dochter van Emma bij hen. Mirjam, een meisje van Betta’s leeftijd. In tegenstelling tot Betta is zij een verlegen, timide meisje. Aan het begin van de nacht, als iedereen slaapt, komt Betta de slaapkamer van Mirjam binnen. Zij stelt voor om over het strand naar het volgende dorp een paar kilometer verderop te lopen. Daar feesten jongeren bij kampvuren en Betta sloop voorgaande jaren al vaker ’s nachts het huis uit om daar naar toe te gaan. Braaf als ze is, weifelt Mirjam. Maar aangetrokken door het avontuur zegt ze toch ja. En dan gaat het gruwelijk mis. De meisjes zijn amper op weg of ze worden op het strand overmeesterd en verkracht. Betta overleeft het niet. Mirjam sluipt in shock ongezien terug naar het huis en doet of ze het huis die nacht niet heeft verlaten. Dat kan makkelijk want in de consternatie die volgt, let niemand meer op dit meisje. En als ze een dag later naar haar ouderlijk huis gaat, is dat op een nieuw dienstmeisje na leeg: haar ouders zijn op vakantie en Mirjam moet het maar uitzoeken. Ondertussen is het in het kustplaatsje een chaos. Op de plaats delict heeft iedereen in het wilde weg rondgelopen. Ook de plaatselijke politie is weinig deskundig: er gebeurt nooit wat ernstigs in het dorpje. Daarom gaat iedereen ervan uit dat het passerende vreemden zijn geweest die deze misdaad op hun geweten hebben. En of dit allemaal nog niet genoeg is, willen de autoriteiten zo min mogelijk ruchtbaarheid aan de zaak geven. De zus van Marissa doet daar nog een schepje bovenop: zij wil niet dat de naam van haar gezin gelinkt wordt aan zo’n vreselijke zaak en daarvoor zet ze een dure advocaat in. En was Betta eigenlijk niet een vroegrijp, brutaal meisje die al vele vriendjes had gehad? Deze gebeurtenissen worden door Recchia levensecht beschreven. Je kijkt ernaar en maakt je er boos om. Wat ze ook prachtig beschrijft is de zwarte sluier die over het leven van Marisa en Stelvio is neergedaald. Marisa komt zo’n beetje de slaapkamer van haar dochter niet meer af en Stelvio houdt in zijn eentje de delicatessenzaak, die hij en Marisa van haar ouders overnamen, draaiende en vindt troost bij de wijn. Ze praten niet meer, leven naast elkaar heen. Ook met Mirjam gaat het slecht. Zij is zwaar getraumatiseerd en er is niemand die dit zit. Ondanks al deze somberheid, moest ik doorlezen. Dat is een verdienste van de schrijfster. En ik werd ook beloond. Want een toevallige ontmoeting, brengt langzaam nieuw leven in het verhaal. Een lichtpuntje dat langzaam steeds groter wordt. Zou het dan toch nog goedkomen? Het is meer dan de moeite waard om daar zelf achter te komen. Alles wat blijft is een prachtig geschreven verhaal over familie, geheimen en trauma’s met een bijzondere rol voor het noodlot.
Vonkie – Frouke Arnds
Dit boek trok mijn aandacht door de prachtige foto op de cover. Een Schots loch tussen bergen met een mysterieuze lichtval. Nadat ik de achterflap had gelezen, dacht ik: dit is een boek voor mij. Het gaat over Fenna, een vrouw van middelbare leeftijd. De bijnaam Vonkie heeft ze te danken aan haar rode krullen en kreeg ze van haar vader Ben. Ze heeft altijd een goede band met haar vader gehad, die is nu aan het verdwijnen omdat hij dement wordt. Op een dag komt ze bij hem en zegt hij tegen haar ‘u komt me bekend voor’. Het is voor haar aanleiding om door zijn kamer te dwalen. Daar staat ook een berg die zij als kind voor hem heeft gekleid als Vaderdagcadeau. Het stelt de Ben Nevis voor. Een hoge berg in Schotland. Het land waar haar vader van hield en vaak alleen naar toeging toen Fenna nog kind was. Ooit was het plan om samen in Schotland de West Highland Way te wandelen en de Ben Nevis te beklimmen. Weemoedig bedenkt Fenna dat dit nooit meer zal gebeuren en ze besluit de tocht van 157 kilometer alleen te gaan wandelen. Er is niets dat haar let: haar ex-man Arthur heeft een nieuwe vriendin, haar dochter is druk met haar carrière en gezin en met haar broer Paul heeft ze nog nauwelijks contact. Allereerst gaat het boek over de wandeltocht zelf. De mooie natuur, de zware etappes. Het uitglijden en vallen, het wildkamperen en het zeulen met een zware bepakking. Daarnaast gaat het over de ontmoetingen onderweg. Het oudere echtpaar uit Nieuw-Zeeland en de drie generaties Amerikanen die deze tocht lopen op zoek naar hun Schotse roots. En dan is er de knappe, jongere Sam die het pad op zijn blote voeten loopt. Hem komt ze meerdere keren tegen, volgens een alleen lopende vrouw die beweert psychiater te zijn spoort hij niet. Is dat zo? En is die vrouw eigenlijk wel psychiater? En wie is Fenna zelf? Als derde bestaat het boek uit scénes van Fennas leven. Ze kijkt terug op het mislukken van haar huwelijk met Arthur, maar ook op de tijd waarin ze verliefd werden op elkaar. Hoe bijzonder dat was en hoe ze samen een dochter krijgen: Emma. En als lezer leer je haar ook kennen als kunstenares en galerie-eigenares, als moeder en oma, als dochter en zus. Er zijn mooie herinneringen, pijnlijke en ook nare. Eigenlijk wel zoals in ieders leven. Wat het verhaal zo fijn maakt om te lezen, is de manier waarop Frouke Arnds deze verschillende lijnen soepel door elkaar weeft en het gewone bijzonder maakt. Hierdoor is het verhaal gevarieerd om te lezen. Bijzonder is de oude man die ze aan het begin van haar reis in de bus ziet stappen. Hij is fit en kwiek. Hij lijkt op haar vader en zo is hij er en zo is hij weer weg. Hij is fictief en verschijnt alleen voor haar geestesoog. In gedachte voert ze hele gesprekken met hem. Dit geeft kleur aan het gezin waarin Fenna opgroeide. Haar vader die als zelfstandig antiquair veel op reis ging naar Schotland, haar moeder die dit niet trok en steun zocht bij de drank, hoe zij Fenna de lieveling was van haar vader en hoe dit haar broer tot buitenstaander maakte. Het komt allemaal aan bod op een manier die niet-verwijtend is en herkenbaar. Ik denk dat iedereen die regelmatig wandelt of fietst dit herkent: de combinatie van in beweging zijn, rollende gedachten en mijmeringen over het leven. Kan je een ander wel kennen en wie ben je nu eigenlijk zelf. Ik vond het een fijn boek.
Lees verder op mijn site