DE EIGEN WERELD EN DE ANDERE bevat twee verhalen die bijna een kruisstelling vormen. Zij spelen zich af in dezelfde plaats , het Westjavase bergstadje Soekaboemi, en in dezelfde tijd, die van de Japanse landingen op Java. Centraal in elke verhaal staat een jonge vrouw.
Etta uit het eerste verhaal, HUIZE SONJA , is een Hollandse, getrouwd met de zoon van een Bandase perkenier. Tijdens de Japanse landingen wordt ze zich op schokkende wijze bewust dat haar beide kinderen die andere wereld, die van Banda, toebehoren, waarin zij een vreemdelinge is gebleven.
In het tweede verhaal, NGAWANG, vlucht een Indisch meisje, Ernie, getrouwd met een Hollander, na het vertrek van haar man in paniek terug naar haar Javaanse moeder.
Beide verhalen spelen zich af tegen de achtergrond van oorlogsgeweld en de ineenstorting van de Europese samenleving.
Etta uit het eerste verhaal, HUIZE SONJA , is een Hollandse, getrouwd met de zoon van een Bandase perkenier. Tijdens de Japanse landingen wordt ze zich op schokkende wijze bewust dat haar beide kinderen die andere wereld, die van Banda, toebehoren, waarin zij een vreemdelinge is gebleven.
In het tweede verhaal, NGAWANG, vlucht een Indisch meisje, Ernie, getrouwd met een Hollander, na het vertrek van haar man in paniek terug naar haar Javaanse moeder.
Beide verhalen spelen zich af tegen de achtergrond van oorlogsgeweld en de ineenstorting van de Europese samenleving.
