De hoge fluittonen van het dwaallicht waren gedaald tot een onmenselijk snel gebrabbel. 'ffoetmij...ffoetmij...FOETMIJFOETMIJFOETMIJ.' Het dwaallicht bleef die ene zin herhalen als een smekende litanie.
Wil je kort reageren op dit boek of een vraag stellen aan andere lezers, plaats dan een reactie.