Judith Summers toont de man achter de legende. Ze laat Casanova zien door de ogen van degenen die hem het best kenden – de vrouwen die hij verleidde: Angela,een preutse maagd; Marina, een non met een libido dat haar religieuze overtuiging verre oversteeg; Henriette, een aristocrate die op de vlucht was voor haar agressieve echtgenoot. En Teresa, de vrouwelijke impresario van een exclusieve nachtclub en moeder van Casanova’s dochter, Sofia,die op haar beurt met de charmes van haar vader te maken kreeg.
Summers baseerde haar unieke beeld van de legendarische rokkenjager op dagboeken, brieven en memoires uit Casanova’s tijd en geeft een stem aan de vrouwen aan wie Casanova zijn reputatie ontleende.