Zit je als kind van vier lekker samen met je tweelingbroertje in de zandbak te spelen, staat er opeens een enge vent in het zwart voor je neus. Alleen jij kan hem zien en je wordt doodsbang. Je broer voelt dat feilloos aan.
Wie is die vent? Waar zijn hij en zijn geheimzinnige collega’s zo stiekem mee bezig? Ongetwijfeld met iets dat weinig goeds voorspelt. Maar wat kun je doen tegen een geheime organisatie, die blijkbaar alles en iedereen naar zijn hand kan zetten? Dat zijn de vragen waar de tweeling Emma en Jelle van jongs af aan mee wordt geconfronteerd. Zij moeten antwoorden vinden, anders is het straks “game over”.
Wie is die vent? Waar zijn hij en zijn geheimzinnige collega’s zo stiekem mee bezig? Ongetwijfeld met iets dat weinig goeds voorspelt. Maar wat kun je doen tegen een geheime organisatie, die blijkbaar alles en iedereen naar zijn hand kan zetten? Dat zijn de vragen waar de tweeling Emma en Jelle van jongs af aan mee wordt geconfronteerd. Zij moeten antwoorden vinden, anders is het straks “game over”.