Ferdaoes heeft boven een gedwongen huwelijk het bestaan van een prostituée verkozen. Verkopen moet je je toch als vrouw, vindt ze, dan doet dat nog het liefst als vrije prostituée. Maar ook die vrijheid is van korte duur. Ferdaoes krijgt de doodstraf voor de moord op een pooier. Weinige uren voor haar dood snelt ze in het bijzijn van een andere vrouw door haar leven.
"Ze hebben me ter dood veroordeeld, niet omdat ik gedood heb, neen, maar omdat ze bang zijn dat ik zou blijven leven. Ik was de endig evrouw die de barst in hun waarheid had ontdekt."
"Ze hebben me ter dood veroordeeld, niet omdat ik gedood heb, neen, maar omdat ze bang zijn dat ik zou blijven leven. Ik was de endig evrouw die de barst in hun waarheid had ontdekt."