1952. Tijdens een logeerpartij met zijn moeder maakt Sierd op de hofstee van de Bonninga’s kennis met de pianolerares Helia. Zij heeft vele jaren in Frankrijk gewoond en is na haar scheiding met haar dochtertje Yvel naar het ouderlijk huis teruggekeerd.
1962. Sierd heeft ondertussen pianoles van Helia. Hij wordt uitgenodigd voor een muziekweekend bij de Bonninga’s. Van boer Bonninga hoort hij dat hun hofstee al sinds oude tijden een bijzondere band met muziek heeft.
1050. Na een bedevaart van Eirik naar Cluny komt hij terug met een adellijke vrouw, Evelle van Semur, die op de vlucht is. Zij brengt bijzondere muzikale krachten in de familie.
1967. Helia nodigt Sierd uit voor een reis naar Lyon, samen met haar dochter Yvel en twee andere jonge mensen. Helia haar liefde voor Chopin wordt opnieuw van grote invloed op Sierd. In Lyon ontdekt Sierd waar die krachten vandaan komen. Samen met Yvel vindt Sierd de verborgen bronnen van hun muzikaliteit.
1962. Sierd heeft ondertussen pianoles van Helia. Hij wordt uitgenodigd voor een muziekweekend bij de Bonninga’s. Van boer Bonninga hoort hij dat hun hofstee al sinds oude tijden een bijzondere band met muziek heeft.
1050. Na een bedevaart van Eirik naar Cluny komt hij terug met een adellijke vrouw, Evelle van Semur, die op de vlucht is. Zij brengt bijzondere muzikale krachten in de familie.
1967. Helia nodigt Sierd uit voor een reis naar Lyon, samen met haar dochter Yvel en twee andere jonge mensen. Helia haar liefde voor Chopin wordt opnieuw van grote invloed op Sierd. In Lyon ontdekt Sierd waar die krachten vandaan komen. Samen met Yvel vindt Sierd de verborgen bronnen van hun muzikaliteit.
