De compositie Het Carnaval der Dieren is in 1886 geschreven door de componist Saint-Saëns. De muziek is nog altijd heel populair om kinderen kennis te laten maken met klassieke muziek.
Voor deze kleurrijke leporello zijn de allerleukste dieren van Fiep Westendorp van stal gehaald en trekken ze in een vrolijke optocht aan je voorbij. Marjet Huiberts liet zich inspireren door Het Carnaval der Dieren en schreef er gloednieuwe versjes bij. Op de cd hoor je het 14-delige Carnaval der Dieren, uitgevoerd door het Koninklijk Concertgebouworkest samen met de pianobroers Lucas en Arthur Jussen.
Elk deel heeft een dier of een aantal dieren als onderwerp. Je hoort de kangoeroes springen over de piano, de strijkers druk kibbelende kippen spelen, de ezels balken in de violen en de leeuw het hele orkest bij elkaar brullen. In het bos hoor je in de verte de koekoek. Andere vogels zijn te horen in De volière, waarin de fluiten vrolijk rondfladderen. De zwaan is misschien wel het meest bekende deel uit het werk.
Als de cello speelt zie je in je verbeelding de majestueuze zwaan voorbijglijden. De spetterende Finale, waarmee Saint-Saëns zijn Carnaval feestelijk afsluit, is een jolige boel. In deze bonte optocht hoor je alle dieren door elkaar heen.
Voor deze kleurrijke leporello zijn de allerleukste dieren van Fiep Westendorp van stal gehaald en trekken ze in een vrolijke optocht aan je voorbij. Marjet Huiberts liet zich inspireren door Het Carnaval der Dieren en schreef er gloednieuwe versjes bij. Op de cd hoor je het 14-delige Carnaval der Dieren, uitgevoerd door het Koninklijk Concertgebouworkest samen met de pianobroers Lucas en Arthur Jussen.
Elk deel heeft een dier of een aantal dieren als onderwerp. Je hoort de kangoeroes springen over de piano, de strijkers druk kibbelende kippen spelen, de ezels balken in de violen en de leeuw het hele orkest bij elkaar brullen. In het bos hoor je in de verte de koekoek. Andere vogels zijn te horen in De volière, waarin de fluiten vrolijk rondfladderen. De zwaan is misschien wel het meest bekende deel uit het werk.
Als de cello speelt zie je in je verbeelding de majestueuze zwaan voorbijglijden. De spetterende Finale, waarmee Saint-Saëns zijn Carnaval feestelijk afsluit, is een jolige boel. In deze bonte optocht hoor je alle dieren door elkaar heen.
