Het ei was te zacht gekookt; terwijl hij het geel, met iets van walging, op zijn boterham liet lopen werd er gebeld. ‘Ik kom zomaar eens aan,’ zei Bernard Algenhuis, met wankele schreden de eetkamer inwandelend. ‘Ik heb een fles wijn bij me. Wil je wijn?’ ‘Als mijn ei op is,’ zei Alfred.