Bas en Ryer wonen in een klein stadje.
Ze spelen vaak op het plein, voor de kruidenierswinkel van twee deftige juffers.
Boven de kruidenwinkel hangt een beeld, een gouden gaper.
Op een dag komen er twee deftige dokters in de winkel.
Ze willen de gaper kopen.
Maar verkopen, dat doen de zusters niet!
Daarom verkleden de mannen zich als koekenbakkers en komen ze terug om de gaper te stelen...
Bas en Ryer weten wel dat de dikkerds bedriegers zijn.
Maar de jongens weten niet waarom de mannen zo geïnteresseerd zijn in de gaper.
Wat zoeken de mannen in de mond van de gaper?
Waarom hebben ze al zo veel gapers in hun huifkar staan?
En waarom is de prinses zo verdrietig dat niemand haar kan troosten?
Wat zoekt ze toch in het moeras?
Ze spelen vaak op het plein, voor de kruidenierswinkel van twee deftige juffers.
Boven de kruidenwinkel hangt een beeld, een gouden gaper.
Op een dag komen er twee deftige dokters in de winkel.
Ze willen de gaper kopen.
Maar verkopen, dat doen de zusters niet!
Daarom verkleden de mannen zich als koekenbakkers en komen ze terug om de gaper te stelen...
Bas en Ryer weten wel dat de dikkerds bedriegers zijn.
Maar de jongens weten niet waarom de mannen zo geïnteresseerd zijn in de gaper.
Wat zoeken de mannen in de mond van de gaper?
Waarom hebben ze al zo veel gapers in hun huifkar staan?
En waarom is de prinses zo verdrietig dat niemand haar kan troosten?
Wat zoekt ze toch in het moeras?