Mirjam van Biemen was acht jaar oud toen haar moeder een einde aan haar leven maakte in een psychiatrische inrichting. Jarenlang bleven de ware toedracht en motieven achter deze daad verborgen. In het gezin rustte er een taboe op Mirjams moeder – haar leven leek in één klap uitgewist, alsof ze niet bestaan had.
In dit literaire non-fictieboek gaat Mirjam op zoek naar wie haar moeder was en wat haar dreef, geholpen door haar moeders’ dagboeken en gesprekken met betrokkenen. Het resultaat is een indringende, maar ook prachtig geschreven pageturner die geen lezer onberoerd zal laten.