'Op 22 juni 1535 ontstond de Engelse humor. In de ochtend van die dag werd Johan Fisher, bisschop van Rochester, uit de Tower in Londen, waar hij gevangen zat, naar het schavot geleid. Daar wachtten hem de beul en het zwaard. Fisher had de laatste nacht van zijn leven slecht geslapen. Een dreunend lopende wacht voor zijn cel maakte te veel lawaai. Hij had hem beleefd om stilte gevraagd! Op weg naar het schavot vroeg hij om zijn schoudermanteltje; hij was bang kou te vatten.'
Kees Fens, P.C. Hooftprijswinnaar, emeritus hoogleraar, eredoctor, is de laatste jaren vooral actief als schrijver van kleine essays, die onder de titel In het voorbijgaan wekelijks verschijnen in de Volkskrant. Ook dit Boekenweekessay bestaat uit zulke lichtvoetige stukjes, die overigens wel een eenheid vormen. Ze horen zelf niet tot de humor, maar tonen de sprankelende veelzijdigheid van het motto van de Boekenweek 2007, Lof der Zotheid - Scherts, satire en ironie.
Kees Fens, P.C. Hooftprijswinnaar, emeritus hoogleraar, eredoctor, is de laatste jaren vooral actief als schrijver van kleine essays, die onder de titel In het voorbijgaan wekelijks verschijnen in de Volkskrant. Ook dit Boekenweekessay bestaat uit zulke lichtvoetige stukjes, die overigens wel een eenheid vormen. Ze horen zelf niet tot de humor, maar tonen de sprankelende veelzijdigheid van het motto van de Boekenweek 2007, Lof der Zotheid - Scherts, satire en ironie.
