De relatie van Esther – de hoofdpersoon in deze psychologische roman – met haar moeder Machteld is verstoord door de immer aanwezige schim van Machtelds oorlogspleegkind.
Dit boek stelt de problemen aan de orde van de 'tweede generatie': de kinderen die tijdens of na de tweede wereldoorlog geboren zijn, de oorlog zelf hebben gemist en er dus anders tegen aankijken dan hun ouders die hem aan den lijve hebben ervaren, en met wier erfenis zij onvermijdelijk zijn besmet.
Maar bovenal vraagt Te kwader min zich af hoe we in vredesnaam met het kwaad moeten leven en de echo's daarvan in het heden, maar evenzeer met het kwaad in onszelf: of zich dat nu uit in agressie, of juist in lafheid.
Dit boek stelt de problemen aan de orde van de 'tweede generatie': de kinderen die tijdens of na de tweede wereldoorlog geboren zijn, de oorlog zelf hebben gemist en er dus anders tegen aankijken dan hun ouders die hem aan den lijve hebben ervaren, en met wier erfenis zij onvermijdelijk zijn besmet.
Maar bovenal vraagt Te kwader min zich af hoe we in vredesnaam met het kwaad moeten leven en de echo's daarvan in het heden, maar evenzeer met het kwaad in onszelf: of zich dat nu uit in agressie, of juist in lafheid.