In Terug naar Apeldoorn wordt op een klassieke manier twee totaal verschillende levens beschreven. Twee jonge mensen (Jan en Corry) worden ruw uit elkaar gedreven vanwege een geloofstraditie. Hun levensverhalen zijn twee werelden, die in niets op elkaar lijken. Via allerlei landen en steden beleven zij de liefde, verraad, trouw, dood en onvoorwaardelijke vriendschappen in oorlogstijd en drama daarna.Terug in Apeldoorn beleven beiden een heftige ontmoeting. De roman is een fictie, maar de feitelijke gebeurtenissen zijn alle door de schrijver zelf beleefd of uit de eerste hand vernomen.