Marktkoopman Herman Klok heeft samen met zijn vrouw Stientje een succesvolle handel in groente en fruit. Wegens een - vermeende - diefstal krijgt hij een taakstraf van twintig uur opgelegd: hij moet aan de slag als papierprikker. Op de eerste dag van zijn schoonmaakwerk vindt hij een vrouwenhand in een plantsoen, besmeurd met bloed. Deze lugubere vondst zet zijn leven op zijn kop en ontregelt zijn huwelijk.
De hand blijkt afkomstig te zijn van een vermoorde vrouw wier lichaam de volgende dag wordt opgegraven. Het is Joke Germeraad, een hooggeplaatste ambtenaar bij Buitenlandse Zaken. Het wordt een obsessie voor Herman om de dader te vinden, zeker als blijkt dat de vrouw een dubbelleven heeft geleid. In haar vrije tijd was ze actief als sm-meesteres en ontving ze 'heren die in limousines kwamen aanrijden.'
Rob Scherjon (1938) was in zijn werkzame leven journalist en voorlichter bij de Bibliotheek Rotterdam. Hij debuteerde in 1991 met de misdaadroman Het Japanse medicijn. Daarna schreef hij nog een aantal boeken, waaronder Retour Toscane (roman), De mecenas (thriller) en Ode aan mijn houtkachel (verhalen uit Frankrijk). Van 2001 tot 2013 woonde hij in de Morvan in Frankrijk. Na terugkeer in Nederland schreef hij de spannende thriller Twee levens naar aanleiding van een krantenbericht over het dubbelleven van een vrouwelijke manager bij een bank.
