Bij zijn eerste bezoek in 1985 aan Mexico voor zijn Amerikaanse luchtvrachtbedrijf komt de hoofdpersoon, Harry Zondag, terecht in de gevaarlijke wereld van de cocaïnesmokkel. Vandaar leidt dit boeiende verhaal van de steeds toenemende handel in verdovende middelen naar Zuid-Amerika, Azië en Oost-Europa, inclusief de Sovjet-Unie, waar drugskartels en maffiabendes meedogenloos de macht grijpen. Door zijn ontmoeting met Maureen Sullivan, een FBI-agente, groeit de samenwerking met de Westerse politiediensten om een aantal internationale drugsbendes te bestrijden. Spannende gebeurtenissen en doodsbedreigingen in een steeds globalere wereld volgen elkaar op en komen tot een dramatische climax en ultieme wraak.
