Vanuit die ervaring luistert Dini op latere leeftijd naar haar Bonairiaanse jeugdvriend Eldon, die zich hartstochtelijk tegen de snelle veranderingen op zijn eiland verzet. ‘Hoe anders was het hier voordat er gebouwen uit de grond schoten die als een lange, harde streep de natuurlijke verbinding brak tussen de mensen van het eiland en hun glinsterende baai.’
Terwijl Eldon in zijn eigen omgeving ontworteld raakt, vindt Dini een eigen koers om haar moeders droom te realiseren.
Mama wist zeker dat het allemaal zou meevallen. ’s Avonds lagen we in ons kamertje en vertelde ik haar wat ik die dag op school geleerd had. Een echt slaapkamertje was het niet; eerder een smalle inloop-pantry met een verroeste waterpomp die op de regenbak was aangesloten. We gebruikten dat water voor het bad- en toiletschuurtje dat we met de werkster van de familie mochten delen. Ena heette zij en ze had drie gezichten. Voor mij was ze lief, tegen mama deed ze boos, en als er iemand van de familie bij was, zag ze ons geen van beiden staan.
Ik wilde dolgraag bij Ena in de gratie blijven en hielp haar waar ik kon. Iedere avond bewoog ik de onwillige slinger van de pomp totdat ik drie grote emmers had gevuld. Bij het gehuil van het ijzer stelde ik me voor dat ik mijn heimwee aan stukken sneed en ze een voor een in de regenbak gooide.
Over eerdere werken van Bernadette Heiligers bij In de Knipscheer:
Pierre Lauffer. Het bewogen leven van een bevlogen dichter, Biografie, 2012:
‘De biografie die bewondert en toch niets verzwijgt. Onmisbaar voor iedere liefhebber van Caribische literatuur.’
Ezra de Haan op Literatuurplein
‘De biografie heeft diepgang, is uiterst evenwichtig en menselijk, met een degelijke en knappe onderbouwing.’
Margo Groenewoud voor Antilliaans Dagblad
Schutkleur. Roman, 2015:
‘Een zorgvuldig verteld, eerlijk en betrokken romandebuut met een prachtige literaire structuurvondst.’
Wim Rutgers voor Antilliaans Dagblad
‘Mooi maar ook messcherp proza.’
André Oyen voor Ansiel