Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

De voorstad: een ongemakkelijke storplaats van mizierie

Cies 08 januari 2020
“De Voorstad Groeit” (1942) is de debuutroman van Louis Paul Boon (1912 - 1979 ). Nog voor dat het officieel gepubliceerd werd kreeg het boek al de Leo J. Krynprijs. Vanzelfsprekend wordt er ergens in het juryrapport geschreven dat het “een veelbelovend debuut” is. Boon heeft in de jaren er na zeker de belofte waargemaakt. “De Voorstad Groeit” is veel meer dan (slechts) een veelbelovend debuut. De meeste auteurs zouden God op hun blote knieën moeten danken wanneer ze in staat zouden zijn om een roman te schrijven die zo goed, veelzijdig en tijdloos is als “De Voorstad Groeit”.

Het oprecht danken van god komt in “De Voorstad Groeit” bijna niet voor. Godsdienst is er niet veel meer dan een plichtmatig ritueel, net als de kermis, de geboorte van een kind, de gang naar het dagelijkse werk in de fabriek, kortom; als het hele leven. De roman kan dan ook prima gelezen worden als antiklerikale, atheïstische, socialistische, sociaal-realistische, psychologische, ontwikkeling of historische roman. Je kan “De Voorstad Groeit” ook lezen als ongemakkelijke mix van alle hier genoemde (sub)genres. Een ongemakkelijkheid die wordt versterkt door het keer op keer springen van Boon van het ene karakter naar het andere (en terug). Boon wil het de lezer niet gemakkelijker maken, in tegendeel.
De (eventuele) ongemakken bij een lezer(es) vallen in het niet bij de ongemakken, en dat is een ‘understatement’, waar de karakters in “De Voorstad Groeit” mee te maken hebben. Alle bewoners van de voorstad, op twee uitzonderingen na, zitten vast in de eigen wereld van gedachten, gevoelens, dromen en nachtmerries. Het lukt niet om de eigen innerlijke wereld in woorden om te zetten, laat staan die op een voor een ander begrijpelijke wijze uit te spreken. Ze zitten net als de drie echte gevangenen vast in een (mentale) gevangenis. Een triestige voorbeeld hiervan is de nog jonge Jean, die verliefd is op Elie. Hij schrijft een bundel gedichten voor haar. Zij begrijpt die gedichten niet, begrijpt Jean zijn gevoelens voor haar niet, begrijpt ook haar eigen gevoelens voor Jean niet. Een aantal jaren later trouwen ze alsnog, maar van (wederzijdse) liefde is dan allang geen sprake meer.

De twee uitzonderingen op dit alles zijn Bernard en Morris. Zij kiezen er voor om te schilderen of te tekenen en om zo hun innerlijke wereld te begrijpen en met anderen te communiceren. Helaas zijn ze alle twee terughoudend met het aan anderen laten zien van hun werk, omdat slechts een enkeling hun werk, en dus hun innerlijke wereld, begrijpt. Niet meer weten wat er mee te doen, verbrandt Morris dan ook zijn werk tegen het einde van het boek.

Het niet (begrijpelijk) onder woorden kunnen brengen van de eigen gedachten en gevoelens komt niet alleen door de sociaaleconomische ellende waar mensen mee te maken hebben, ook het Faustiaanse rijkeluiskind Mark en later zijn zoontje Guido zijn niet in staat om hun innerlijke wereld onder woorden te brengen of om die zelf goed te begrijpen. Om aan de eigen mizerie te ontsnappen verlaten veel bewoners, voor korte of langere tijd, de voorstad. De voorstad is niet de mizerie, het is de eigen onmacht om te kunnen gaan met de eigen innerlijke wereld en daar kan je niet voor weglopen. Ze keren dan ook allemaal terug, er is geen ontsnappen mogelijk. Ook de pogingen om een volledig teruggetrokken leven te leiden zijn gedoemd om te mislukken. Het ontbreekt ze, arm en rijk, aan voorbeelden aan rolmodellen die het wel kunnen, willen en mogen doen. Meerdere keren, Boon bouwt dit mooi op, lijkt het eindelijk iemand te gaan lukken om zijn/haar gevoelens of gedachten eerst in het eigen hoofd te ordenen om ze daarna uit te spreken. Toch lukt het iedere keer (net) niet. Dit zorgt, bij deze lezer toch, voor een onderhuidse spanning, zal het deze keer dan wel iemand lukken om zijn gedachten en/of gevoelens te uiten?

Boon verwijst, opmerkelijk vaak, in “De Voorstad Groeit” naar afval. Het duidden van deze symboliek mag ieder voor zich doen. Wat ik zeker niet ga doen is “De Voorstad Groeit” bij het oud papier gooien. Deze roman heeft ook bij herlezing nog zo veel te bieden en gaat weer terug in de kast om over een paar jaar weer te herlezen.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Cies

Gesponsord

Deze thriller trekt je razendsnel mee in een complot met onbetrouwbare staatslieden met hun eigen agenda's, internationale conflicten en hoogoplopende bedreigingen voor de samenleving.