Een tegen allen

Michael Bellicher werkt als communicatieadviseur voor een internationale firma. Zorgeloos leeft hij dag in dag uit voor zijn werk, waarin hij bijzonder succesvol is. Tot hij zich op een nacht op het verkeerde tijdstip op de verkeerde plaats bevindt. In de gangen van het kantoorgebouw van zijn verkgever vindt hij een lijk en is hij getuige van de vakkundige opruiming ervan. Voor hij het goed en wel beseft wordt hem de moord in de schoenen geschoven, want hij is officiëel de enige andere aanwezige in het gebouw. Dan begint voor Michael de vlucht om te overleven en tegelijkertijd moet hij proberen zijn onschuld te bewijzen. Maar zijn tegenstanders zitten hem, bij elke actie die hij onderneemt, dicht op de hielen.
Dit boek begint een beetje moeizaam met een paar korte onsamenhangende hoofdstukken die niet erg vlot weglezen, maar evolueert langzaam maar zeker naar een spannende technologie-thriller die de lezer tegen gigabit-snelheid meeneemt in het verhaal. Geregeld doet het verloop van het verhaal denken aan de The fugitive en ook vallen de veelvuldige gelijkenissen op met Enemy of the state. Beide zijn trouwens erg geslaagde films. Tussen al de actie door stelt Charles den Tex ook nog het gebrek aan verdraagzaamheid en de beïnvloedbaarheid en kortzichtigheid van regerende machten aan de kaak.
Vertrekkend van het veelvuldig gebruikte “één tegen allen” gegeven, weet de schrijver, door een originele uitwerking van dat gegeven en een goed doordachte verhaallijn, een sterke thriller af te leveren.